Hoofdtekst
Mijn vader was een huurman. Vandaag huurde hij daar en morgen huurde hij daar. Hij heeft in Schulen gewoond, hij heeft in Herk-de-Stad gewoond, hij heeft in Schakkebroek gewoond, hij heeft overal gewoond. Maar daar in Herk-de-Stad ben ik geboren. En daar was mijn grootvader aan het vertellen: Op de boerderij waar wij woonden, kwam alle avonden zo een lichtje het huis in. Dat kwam zo, dat was waar ze de melk zetten om af te koelen, daar kwam dat lichtje door de deur in en zo liep het door de dinge uit. En toen zei mijn grootvader - dat weet ik nog goed - toen zei mijn grootvader: 'Waar dat ik zit, waar dat ik nu ben, hier moet een kroeg (= pot met geld) staan met geld in', zei hij. Daar komt dat lichtje op af. En dat ging aan het peeskoet (= afvoer van vuil water) uit, het gaatje waar ze het schrobwater doorjoegen. En 's Anderendaags hij de hof in met een schup en overal kijken - dat was tegen een haag ergens, ik weet nog goed waar het voorgevallen is - en daar kwam hij op een oude kroeg uit maar daar zat geen geld in.
Onderwerp
SINSAG 0183 - Schatzfeuer zeigt die Stelle, wo der Schatz ruht.
  
Beschrijving
Een boer zag elke avond een dwaallichtje in zijn hoeve rondvliegen. De man was er van overtuigd dat er op zijn grond ergens een schatkist verborgen lag. Toen de boer op een dag in zijn tuin begon te graven, vond hij inderdaad een kist, maar er zat geen geld in.
Bron
W. Achten, Leuven, 1971
Commentaar
1.3 Vuurgeesten
midden-limburgs
b
Grootvader van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Genk