Hoofdtekst
En op een boerderij. En die mensen die dachten dat dat zo'n aardige mens was. Als ze 's avonds kijken gingen, was hij niet in zijn bed, dan was hij weg. 's Morgens kwam hij altijd thuis... toch zo nat alsof hij in 't nat gras gezeten hadt. Ze gingen op een keer zoeken en toen vonden ze een oud beestenvel. Daarmee speeldehij weerwolf. 's Nachts was die altijd weg en 's morgens kwam hij terug thuis. Die maakt zijn ronde 's nachts. Dat is gelijk een mens die verslaafd is aan de drank: die kan niet zonder drank en zij konden niet zonder... zonder van alles uit te zetten, wor.
Beschrijving
Een knecht die op een boerderij werkte, ging 's nachts altijd weg om 's ochtends bezweet thuis te komen. Op een dag vond men de dierenhuid waarmee de knecht voor weerwolf moest gaan spelen.
Bron
W. Achten, Leuven, 1971
Commentaar
1.6 Weerwolven
midden-limburgs
c
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Diepenbeek