Hoofdtekst
In ’t Meulenhuis, de pinten en de tafels, ’t danste ol dat in huis was ’s nachs ten twaalven. Maar ’t vrouwmens en heur dochter hân zuk nen boek waar da ’t ollemale instaat. En ze lazen zulder daarin, en ze kosten toene toveren.
Beschrijving
In een herberg in Dadizele begonnen de tafels en de glazen om middernacht te dansen. De herbergierster en haar dochter bezaten een boek waar dergelijke toverkunsten in beschreven stonden.
Bron
G. Speecke, Leuven, 1959
Commentaar
2.1 Heksen
west-vlaams (menen en omstreken)
229
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Dadizele   
Plaats van Handelen
Dadizele