Hoofdtekst
I -Mag ik nog naar een paar dingen vragen zo, dat ge u dat misschien herinnert? Hebt ge ooit iets gehoord over dwaallichten of zo ...9 -Gehoord ja, maar niet gezien en ik weet er ook niets van eigenlijk.I -En over de maar hebt ge daar nog van gehoord?II -Van de maore gereên (gereden) dan ze zeiden.9 L -Dat heb ik nog gehoord dan ze niet wisten waar dan ze waren, dat ze zeiden. II -Of ook als er zo precies iets op u springt in uw bed dat zeiden ze ook.I -Dat is eigenlijk de maar. Zogezegd een heks die op u springt en u tracht te versmoren in uw bed hé en daar waren dan allerlei remedies tegen.II -Maar wat ôte (had) gij gepeinsd van de maore gereên, dat is van den dalf geleêd dan ze zeiden?9 -Ja, ja, van den dalf geleêd.II -En zeiden ze ook van de maore gereên voor een die niet thuis geraakte of zo?-Ja, ik heb daar nog gehoord zo, hier zeiden ze, ik meende dat was van de maone gereên, van de maone.E9 -Ik meende ook van de maone.II - ‘t kan ook zijn hé.I -Maar dat ge zogezegd met een mes met de punt moest naar boven slapen in bed of zo, of dat ge uw pantoffels omgekeerd moest zetten, anders kon die heks in die pantoffels gaan staan en dan kon ze op u kruipen en u trachten te versmoren (versmachten). (ik vertel enkele motieven in de hoop dat de informanten zouden begrijpen waarover ik het heb en dat ze zich misschien nog iets bijzonders in deze context zouden herinneren.)
Onderwerp
SINSAG 0291 - Mensch von Mahr beritten   
Beschrijving
Mensen die door de maar werden bereden, wisten niet waar ze waren. Als men het gevoel had dat er iets op zijn bed sprong, geloofde men ook dat het de maar was.
Bron
C. De Winne, Leuven, 1999
Commentaar
1.5 Plaaggeesten
oost-vlaams (groot-zottegem)
9L
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Grotenberge