Hoofdtekst
oos Lilian, di hâ de vlek in huir oeg; en den oegmeister kon er niks vuir doen; en dan ben ich no zoe iene gegôn dee da kan; en Lilian moes hem in z’n oege bezien; en dee blôsde dô op en de vlek ging weg; en dan heb ich nog moete bidde en ze duir de pôters lôten ouverleze.
Beschrijving
Omdat Lilian een vlek op haar oog had en niet door een oogarts geholpen kon worden, ging ze naar een genezer. Nadat de man op het oog had geblazen, ging de vlek weg. Daarna heeft Lilian zich ook nog door de paters laten overlezen.
Bron
A. Abeels, Leuven, 1965
Commentaar
2.2 Tovenaars
limburgs (sint-truiden)
570
memoraat
Naam Overig in Tekst
Lilian   
Naam Locatie in Tekst
Nieuwerkerken