Hoofdtekst
Mijn vader zijn nonkel, die kwam eens op een avond door Nietelbroeke (= hoeve en omgeving in Diepenbeek) en vijfhonderd meter van de bos af van waar hij gekomen was, liep een hagelwit konijn. Toen dacht hij: Die ga ik vangen, dat is er zeker een uit Nietelbroeke. Hij ving die konijn en in die tijd droegen ze strijkkielen (= blauwe kielen), dan blonk dat schoon. En daar pakt hij zijn kiel overeen en daar zette hij de konijn in en daar kon hij niet uit. Hij heeft een duizend meter ver gegaan en toen dacht hij: Die konijn houdt hem toch zo stil. Hij deed zijn kiel op en daar lag een doodskop in. Hij gooide de doodskop weg en toen was het weer een konijn. Dat heb ik vader zaliger dikwijls horen vertellen.
Onderwerp
SINSAG 0345 - Spuktier betrügt einen Menschen.
  
Beschrijving
Een man die 's avonds door Nietelbroeke wandelde, zag plots een hagelwit konijn lopen. De man ving het konijn en rolde het in zijn blauwe kiel. Toen de man wat verderop de kiel even opendeed, trof hij daar een doodshoofd aan. Nadat de man het doodshoofd had weggegooid, veranderde het weer in een konijn.
Bron
W. Achten, Leuven, 1971
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
midden-limburgs
p
Oom van de vader van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Diepenbeek   
Plaats van Handelen
Nietelbroeke (Diepenbeek)