Hoofdtekst
In het Weerter broek was een onrechtvaardigheid gebeurd met delen. Dat is tussen Beek en Stamproy. En ze zegden: Kestdag (sic) 's nachts kwamen daar de burgemeesters bijeen om die zaak te goei te doen. In Beek op een boerderij zat een heel oud menke, en daar kwamen tegen den avond een stuk of vier jong' mannen binnen, maar dat waren er ook die gaar niet bevreesd waren. En die zeggen tegen dien ouwe man: 'Wij gaan eens kijken hoe ze delen; wij moeten dat zien.' Toen zegt dien ouwe: 'Als ik u goed mag raaien, blijft daarvan hier.' 'Och wat', zegden ze, 'wij moeten dat zien.' En hij zei nog eens: 'Blijft daarvan hier.' Maar ze gongen toch. 'Gaat dan toch maar niet zonder wijwater te pakken', zei moeder. Ze gongen het Weerter Broek in; en om een uur of één, twee 's nachts kwamen ze terug. Awel, en genen ene kos nog een woord spreken; daar was er zelfs ene die van zezelven gong. Maar wat ze gezien hebben, hebben ze nooit verklapt.
Onderwerp
SINSAG 0194 - Der Feuermann-Landmesser als Wiedergänger, misst das Land aufs neue.
  
Beschrijving
In het Weerter Broek tussen Beek en Stamprooi had een landmeter het land onrechtvaardig verdeeld. Tijdens de nacht na Kerstmis kwamen enkele burgemeesters naar het Broek om de zaak op te lossen. Enkele jongemannen van een boerderij in Beek konden hun nieuwsgierigheid niet bedwingen en gingen 's nachts kijken hoe de burgemeesters het land verdeelden. Omstreeks twee uur 's nachts kwamen de jongens terug bij de boerderij. Eén van de jongens viel flauw en de anderen waren te zeer geschrokken om nog te kunnen spreken. Nooit hebben ze verklapt wat ze die nacht hadden gezien.
Bron
R. Celis, Leuven, 1954
Commentaar
1.3 Vuurgeesten
limburgs (bree en omstreken)
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Opoeteren   
Plaats van Handelen
Weerter Broek   
Stamprooi   
Beek