Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

WVANH0246_0246_17473 - Macht der geestelijken: een vastgelopen kar eruithalen.

Een sage (mondeling), 1970

Hoofdtekst

Hier voor de deure was dat strate en we woonden wieder ton aan ’t kapelletje. ’t Was hier ton kerremesse in Bekegem en ze kwamen met nen orgel, maar ze verstelden in ’t zand. De mensen kwamen daarrond en paster Tras ook. Hij pakte een spa, en dolf een pitje en een geultje, en hij zei: "Rij mar" en dat ging voor nieten. Dat was toch ook meer kunnen. Hij heeft ne keer in ’t kot gezeten voor te zeggen dat de raad nen ezelraad was. hij was ne keer in de messe en binstdien deien ze zijn appels af. Hij zei tegen mijn moeders vader die ton stoeltjeszetter was: "Gaat ne keer kijken, ze zijn bezig met mijn appels af te doen".

Onderwerp

SINSAG 0750 - Andere Zauberei.    SINSAG 0750 - Andere Zauberei.   

Beschrijving

Ter gelegenheid van de kermis in Bekegem, brachten enkele mensen met een kar een orgel naar het dorp. Toen de kar vastzat in het zand, groef de pastoor een klein geultje en zei dan: "Vooruit, rijd maar". De kar kwam zonder problemen in beweging.
Diezelfde pastoor heeft ooit in de gevangenis gezeten omdat hij had gezegd dat de raad een ezelraad was.
Terwijl de pastoor de mis aan het doen was, zei hij dat enkele dieven op dat ogenblik met zijn appelen aan de haal gingen. Het was waar.

Bron

W. Van Houcke, Leuven, 1970

Commentaar

2.2 Tovenaars
west-vlaams (houtland)
588
fabulaat

Naam Locatie in Tekst

Bekegem    Bekegem   

Plaats van Handelen

Bekegem    Bekegem