Hoofdtekst
Do was in Alken een vrouw en die lag met een zwaar kinderbed en die vrouw sjikte (zond) een bode naar Geleen. Do moest ze een soort doktores gaan halen en nu kwam die do aan. - 'Ja - Vanwaar komt ge?' - 'Ja - van do'. 'Goed', zei ze. 'Ik kom, zet u maar van achter op de bok.' Die man voelde geen beweging meer, zo zweefden ze maar door de lucht. Toen meende hij dat het beest ging vallen en hij zegt dat tegen de vrouw. 'Neen' zei ze, ''t was de bok die zich stootte aan St.-Janstoren.'
Onderwerp
SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.   
Beschrijving
Een vrouw uit Alken die een zware bevalling moest doorstaan, zond een bode naar een dokteres in Geleen. "Ga maar achter op de bok zitten, en dan vliegen we weg", zei de dokteres. Onderweg dacht de man dat de bok ging vallen, maar de vrouw sprak: "Neen, dat was de bok die zich stootte aan de Sint-Janstoren".
Bron
W. Jackers, Leuven, 1958
Commentaar
4. Historische sagen
limburgs (bilzen)
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Sint-Janskerk (Tongeren)   
Naam Locatie in Tekst
Waltwilder   
Plaats van Handelen
Geleen   
Alken