Hoofdtekst
’t Was een soort licht, en dat was iemand die weerkeerde. G’en mocht er niet naar wijzen. ’t Was ne keer iemand die er naar wees en meteen zat dat licht in de kriekelaar dicht bij. ’t Is dan zeker van zelfs weggeweest. Dat was in den heel ouderen tijd.
Onderwerp
SINSAG 0182 - Wiedergänger als Irrlicht   
Beschrijving
Vroeger keerden doden soms terug in de gedaante van lichtjes. Naar dergelijke lichtjes mocht men niet wijzen, want dan kwamen ze dichterbij. Toen iemand toch naar een lichtje had gewezen, kwam het lichtje in een nabijgelegen kerselaar zitten. Waarschijnlijk is het lichtje dan vanzelf weggegaan.
Bron
M. Sagaert, Leuven, 1955
Commentaar
1.3 Vuurgeesten
west-vlaams (zuiden)
17
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Heestert