Hoofdtekst
Variante. Als ik ne jongen van een jaar of dertiene was, hewel, ik werkte dan te X, en er was daar ook een kind dat betoverd was en ze gingen er mee naar de broeders en daar hadden ze ne paasnagel gekregen die zij onder de deure moesten steken en de broeders hadden gezeid: “Morgen zal er een vrouw komen die in huis niet zal kunnen”. Zo, dat was goed. 's Anderendaags bleven de drie zoons bij ulder vader thuis en almetnekeer komt er daar op 't hof een vrouwmens gegaan met nen aker aan haren arm, zij kwam tewege binnen maar als ze aan de deure was, zij arreteerde, en ging tot aan de venster en ze klopte er ne keer op en ze vroeg: “Hewel, hoe is't met ’t kindeke”. En die vader was zodanig kwaad, en als het niet geweest was van zijn zoons, hij vermoordde ze. Maar dat kind is toch gestorven, zij had het de koek gezet. Ja, dat is echt gebeurd.
Onderwerp
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
In een huis had men een kind dat betoverd was. De mensen gingen naar de broeders, van wie ze een paasnagel kregen om onder de deur te steken. De geestelijken hadden gezegd: "Morgen zal er een vrouw langskomen, die niet zal binnengeraken in je huis". De volgende dag kwam er inderdaad een vrouw vragen hoe het met het kind ging, maar ze kon niet binnen. Het kind is toch gestorven. Het had een hartziekte gekregen door toedoen van toverij.
Bron
S. Bohez, Leuven, 1956
Commentaar
2.1 Heksen
oost-vlaams (tussen leie en schelde)
262
Omstreeks 1889
memoraat
Naam Locatie in Tekst
Heurne