Hoofdtekst
I -En van mensen die spookten met een beestenvel of met een laken?22 O -Ah ja, een laken, maar dat was deugnieterij hé! Ah ja, mijn vader heeft, ah ja, ja, allez, dat gehucht was van Herzele kom en dat eerste huis is mijn thuis hé. En dat was dan café en in Herzele verscheen Onze-Lieve-Vrouw en dat was altijd op goede vrijdag, verscheen Onze-Lieve-Vrouw en ja, d’er wierd in de café zo wreed van geklapt en ze ôn (hadden) bij Ons-Lieve-Vrouwtje geweest als ze ten toon (we weten niet zeker wat de informante hier precies zei.) stond,in de Arestraat in Herzele en d’er was zo’n mens, vroeger waren er zo veel , wij zeiden, ja, zo die geen thuis meer ôn (hadden) en die gingen bij een boer, ze sliepen en ze aten daar, allez, ze wierden niet betaald, maar ge weet wel ze mochten daar blijven slapen hé bij de boer, voor te werken. En bij ons was er daar een boer, allez, ja, een gast en dat was Remi Musse en die was van Sint-Lievens-Essche en Remi was eeuwig schou (bang) als ze van Ons-Lieve-Vrouwtje klapten hé en “Ons-Lieve-Vrouwtje, Ons-Lieve-Vrouwtje!” zei hij. Ah, daar was hij schou (bang) van. En nu ôt (had) mijn vader daar niet beter gevonden als een laken te pakken - ik weet dat mijn moeder daar nog zo kwaad voor was - als een laken te pakken tegen dat Remi ging naar huis gaan en hij moest zo de berg afgaan en hier, die weide ligt daar nog, onze bek, dat was van ons, zo’n weide dat was een beek en dat stond vol bomen en ze ôn (hadden) zodanig Remi schou (bang) gemaakt dat hij plekke van de straat te nemen, was hij op die weide geraakt en mijn vader sprong altijd van achter die I -bomen?22 -van achter die bomen. En zij zeiden : “Ons Remi, de Lieve Vrouw!” en “Mikt u weg, smerige rosse!” zei hij, “Mikt u weg, smerige rosse!” (ik lach). En ik weet dat mijn moeder nog, mijn moeder heeft dan acht dagen geweest dat ze tegen mijn vader niet en sprak. Ja, maar eigenlijk niet met kwade bedoelingen, nee, dat is waar.I -Maar het is daar wel nog geschikt hé, zelfs nu zou ge dat nog kunnen doen, peis ik.22 -Waar?I -Wel, die baan hier verder, dat is zo verlaten toch hé.22 -Ah ja.I -Moest ge daar nu nog iets willen doen, ge kunt dat nog altijd (lach), maar misschien komt er geen volk meer voorbij.22 -Nee, nee, dat wordt nu niet meer (gedaan). Dat was mijn vader ja. Ik weet dat nog goed. Ja, hoe oud was ik al? Ik was toen misschien een jaar of veertien, allez, toch dat ik al besefte. En van Onze-Lieve-Vrouw, op Goede Vrijdag ôn (hadden) ze Treezeken, ... allemaal saucissen, op Goede Vrijdag mocht ge geen vlees eten hé dan. En ze ôn (hadden allemaal haar saucissen, binst dat zij naar Onze-Lieve-Vrouw zag. En iedereen trok daar naartoe, maar dat was allemaal voor deugnieterij uit te steken hé. Dat wierd niet au sérieux genomen hé, ah ja. Ja, daar wierd er wel van geklapt hé van Onze-Lieve-Vrouw. En tsé, dat was juist op een witte paasdag, op de paasdag was dat een boerenzondag zeiden de mensen en de boeren gingen, ze werkten tot ‘s noens, maar in de namiddag was dat zondag hé en die gingen dan allemaal op café zitten babbelen zo. En zo was dat ter sprake gekomen en zo ôn (hadden) zij Remi dat gelapt. (ik lach). Maar anders, nee, van hekserij.I -Klosse zijn dochter heeft dat ook verteld, dat er daar een mens was die wreed schau was van langs een kerkhof te passeren hé en d’er was er daar een van zijn vrienden die eer doorgegaan was en die ôt hem daar met een wit laken op het kerkhof geposteerd.22 -Ja, dat was zo.I En de andere mens als hij dat zag hij is direct teruggekeerd naar de café, hij dierf niet meer naar huis gaan.22 -Ja, maar ik kan het wel geloven, want het is zeker wel hier gebeurd?I -Ik weet niet.22 -Ja, ja, want dat was ...I -Ze heeft de naam van die mens nog gezegd ze (hoor) maar, ... Coene heette die boer.22 -Coene? Boer Coene, ja, van Zottegem.I -En die was wreed schou (bang) naar het schijnt van kerkhoven en al.22 -Maar nu, ja. Eigenlijk, meer weet ik niet ze (hoor).
Beschrijving
Op Goede Vrijdag verscheen Onze Lieve Vrouw altijd in Herzele. Een man uit Sint-Lievens-Essche, die op een boerderij in Grotenberge werkte, was altijd erg bang wanneer men over Onze Lieve Vrouw sprak. Toen die man op een dag naar huis ging, had de boer zich met een laken verkleed en was op de weg gaan staan waar de man langs moest. Toen de man de spookverschijning zag, liep hij doodsbang naar een weide.
Bron
C. De Winne, Leuven, 1999
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
oost-vlaams (groot-zottegem)
22O
Vader van de informant
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Onze Lieve Vrouw   
Goede Vrijdag   
Naam Locatie in Tekst
Grotenberge   
Plaats van Handelen
Grotenberge   
Herzele   
Sint-Lievens-Esse