Hoofdtekst
Mien vrouwe’s voader wos ne schoaper. Je passeerde ne keer an Borrens reke, je zag drie vrouwminschen en je zei der goendag tegen. Ze zeien niet were. Ze wisten dat’t ne farceur wos. Je gienk voort nor Izegem kermesse en begoste te dansen. Dee drie vrouwminschen kwamen (geraakten) zo gedwongen dat ze ofkwamen om te dansen en ze zeien: "Dag Schoaper!" "Ha!" zei ne, "nu kan je spreken!" en je wilde der nie mee dansen;
Onderwerp
SINSAG 0750 - Andere Zauberei.   
Beschrijving
Een schaapherder groette in het voorbijgaan drie vrouwen. De vrouwen beantwoordden zijn groet echter niet. De schaapherder vervolgde zijn weg naar de kermis van Izegem en begon er te dansen. Even later werden de drie vrouwen gedwongen om ook naar de kermis te gaan en er te dansen. Bij hun aankomst zeiden ze: "Ah, schaapherder!" De herder antwoordde: "Nu kunnen jullie wel spreken!", maar hij wilde niet met de vrouwen dansen.
Bron
H. Van Wassenhove, Leuven, 1967
Commentaar
2.2 Tovenaars
west-vlaams (groot-roeselare)
256
Schoonvader van de informant
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Duitse schaper   
Naam Locatie in Tekst
Emelgem   
Plaats van Handelen
Izegem