Hoofdtekst
In Rutten ging de köster lui(d)en in de kerek. 't Was in 't ha(r)t van de winter en voor de deur van de kerek zagter een hen, op de sneeuw! Met ich weet nie wèveul (= hoeveel) kuiken(s). In de winter, allez!
Beschrijving
Een koster die in de kerk van Rutten de klokken moest gaan luiden, zag vóór de kerkdeur in de sneeuw een hen met kuikentjes, en dat terwijl het winter was!
Bron
M. Dreezen, Leuven, 1967
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
limburgs (tongeren en omstreken)
379
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Herstappe   
Plaats van Handelen
Rutten