Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

WACHT0152_0153_3420 - Heks klopt man op de knie - de man kan niet meer gaan

Een sage (mondeling), 1970

Hoofdtekst

Dat was aan de slagmolen, dat was een molenaar, slagmolen Moen zegden ze. Dat was de grootvader van Meng en van die afstammelingen die nu - daar leeft niks niet meer van, van die kinderen want ik geloof dat ze allemaal dood zijn - en daar was dat de grootvader van en dat was een vies man. Die ging voor niks achteruit en die had een goeie kameraad die woonde in Waterschei. En daar ging hij 's avonds kallen en die zijn wijf had ook een slechte naam hè, dat ze van alles kon. Maar hij had daar de hele avond gezeten en gekald hè. En toen zegt ze: 'Moen', zegt ze, 'ga nu maar naar huis', zegt ze, 'want ik geloof dat ge nog niet thuis zijt deze avond.' 'Voorwat niet?' zei Moen. 'Ha, ge zult nog wat meemaken', zei ze en zo houwde ze hem met de hand op zijn knie. (Louis klopt ook op de knie.) 'Pfoe, wat zou ik meemaken? Ik ben van de duivel nog niet bang', zei Moen. 'Ja, wacht maar eens.' En Moen gaat weg en hij is nog geen tweehonderd meter van het huis af, krijgt hij iets in zijn been waar die hem gehouwd had, waar ze hem gehouwd had met haar hand en hij kan geen stap niet meer vooruit. En, eh 'Wat ga ik nu maar aanvangen?' zegt hij. 'Kruipen!' en hij kroop terug naar waar hij gezeten had, naar dat wijf die hem dat aangedaan had. En ze waren slapen en de man kwam opendoen. 'Zeg, roep uw wijf op', zei hij, 'roep ze op want die moet me dat afpakken wat ze me aangedaan heeft en anders steek ik uw kneip (= hut) in brand', zei hij. 'Dan brand ik u op in uw huis.' 'Ja, maar wat heeft ze u aangedaan?' 'ja, dat trek ik me niet aan, ze moet (klopt op tafel) opkomen.' En ze kwam op: 'Wat hebt ge aan uw knie, Moen?' 'Gij hebt me dat AANgedaan, vuile heks', zei hij, 'ge moet me dat goeddoen eer ik naar huis ga of ik vermoord u in uw huis.' En ze pakt de hand en ze streek hem twee keer over zijn knie en de knie was gedaan (klop op tafel)! En dat heb ik onze vader honderden keren horen vertellen. Dat daar heksen waren en spoken... maar dat daar mensen waren die iets KONDEN, dat was!

Onderwerp

SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste    SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   

Beschrijving

Moen, de grootvader van Meng, was molenaar. 's Avonds ging Moen zijn vriend in Waterschei opzoeken om wat te praten. Na enkele uren sprak de vrouw van zijn vriend: "Moen, ga nu maar naar huis, want ik denk dat je nog niet onmiddellijk thuis zal zijn". "Waarom niet?", vroeg Moen. Daarop klopte de vrouw met haar hand op zijn been en zei: "Je zal nog wat meemaken". Toen Moen nog geen tweehonderd meter ver was, kreeg hij plots een hevige pijn in zijn been. De man kon niet meer staan en kroop op handen en voeten terug naar het huis van zijn vriend. "Roep je vrouw op, want ze moet me weer beter maken. Anders steek ik je huis in brand". Enkele ogenblikken later kwam de vrouw naar beneden en vroeg: "Moen, wat heb je aan je knie?" Moen antwoordde dreigend: "Dat heb jij mij aangedaan, vuile heks! Als je dat niet onmiddellijk ongedaan maakt, dan zal ik je vermoorden!" De heks streek tweemaal met haar hand over de knie. Daarna had Moen geen pijn meer.

Bron

W. Achten, Leuven, 1971

Commentaar

2.1 Heksen
midden-limburgs
h
fabulaat

Naam Overig in Tekst

Meng    Meng   

Moen    Moen   

Naam Locatie in Tekst

Genk    Genk   

Plaats van Handelen

Waterschei    Waterschei