Hoofdtekst
X: Stalkaarsen, daar werd vroeger nog veel van verteld hé?Ik heb dat ons moeder nog horen vertellen, ze woonden hier een beetje verder aan 't bos. En er waren daar veel rootputten, moerasachtige putten waar ze het vlas te roten legden. Ze hebben daar nog stalkaarsen gezien. Dat zijn dwaallichtjes, dat zweefde en ging uit. X: Had dat een bepaalde betekenis?Diegene die bijgelovig waren, dachten dat het zieltjes waren van een dode die weerkwam. Maar in onze familie geloofden ze daar niet aan. Ze waren meer ontwikkeld, ze wisten dat het een natuurverschijnsel was.
Onderwerp
SINSAG 0182 - Wiedergänger als Irrlicht   
Beschrijving
Bij de rootputten (1) in Sint-Denijs-Boekel zag men vaak stalkaarsen. Dat waren dwaallichtjes die rondzweefden en op zeker ogenblik uitdoofden. Bijgelovige mensen waren ervan overtuigd dat dergelijke lichtjes de zieltjes van teruggekeerde doden waren. Meer ontwikkelde mensen wisten dat het gewoon een natuurverschijnsel was.
Bron
L. D'haeze, Leuven, 1975
Commentaar
1.3 Vuurgeesten
oost-vlaams (zuiden)
107A
fabulaat
(1) moerasachtige putten waarin men het vlas legde
Naam Locatie in Tekst
Sint-Denijs-Boekel   
Plaats van Handelen
Sint-Denijs-Boekel