Hoofdtekst
Een vro hâ twelf katte. Do kâm nen hond in en da vromes hôwde bê heure stek op de hond. Ze gooide ne roeie tessendoek in zen muil. 's Anderdôgs zôg ze ne man bê stukke van heuren tessendoek in zenne mond.
Onderwerp
SINSAG 0823 - Das zerbissene Tuch.   
Beschrijving
Een vrouw die twaalf katten had, gooide een rode zakdoek naar een hond die binnenkwam. De volgende dag zag ze een man die de rode vezels van de zakdoek nog tussen zijn tanden had.
Bron
M. Hermans, Leuven, 1966
Commentaar
1.6 Weerwolven
limburgs (herk-de-stad)
919
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Herk-de-Stad