Hoofdtekst
Ich zag eens een zwatte kat op Colmo(n)tbereg op Pringen (sic) af. Ich kwam van Piringen op. Die liep tussen mijn benen, en a(ch)ter mich en voor mich en ich stampte maar, mè dat holep (= hielp) nie. Op 't leste kwam ich heel boven en doa kwam ich ander minse tegen en ich riep van verres en toen was ze weg. Ze had veel gekèk, (= geschreeuwd) wei ich h'r tegen h'r oren stampte, 'miauw, miauw' wei (= zoals) dat is , wor! Mè ze zei niks. Dat was 's nach(t)s.
Onderwerp
SINSAG 0333 - Spuktier erschreckt Wanderer (und begleitet ihn).   
Beschrijving
Een man die 's nachts terugkwam van Piringen, zag op de Colmontberg een zwarte kat. Omdat de kat de man voor de voeten liep, stampte hij het dier. De kat miauwde, maar bleef de man volgen. Toen de man andere mensen tegenkwam, was de kat plots verdwenen.
Bron
M. Dreezen, Leuven, 1967
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
limburgs (tongeren en omstreken)
315
memoraat
Naam Locatie in Tekst
Overrepen   
Plaats van Handelen
Colmont   
Colmontberg   
Piringen