Hoofdtekst
Dat woor boven in de oude boerderij van Albert Jans. Wel, en do was 's avonds, twee avonden achtereen een lelijk lawaai geweest op de koer en de vrouw woor maar alleen do en ze durfde niet alleen uitgaan. Den derde avond toen waren twee manslui speciaal do gebleven. En toen hoorden ze weer e lawaai van ketelen en ze hadden twee rieken vjaddig (gereed) gezet. Ze trokken plotseling de deur open en dat spook dat vloog de poort uit, de Dorpstraat af, door de Bekemstraat af tot in het Mistemke. En do vloog dat spook binnen in en draaide 't zich op hen aan met twee geweldige vurige ogen. Ze zijn twee keren tot bij dat ding geweest en ze kosten nie eraan en toen kwam den angst over hen. Wieveel jaar dat geleden is, dat weet ich nie. Me moeder heeft dat altijd voor waar verteld.
Onderwerp
SINSAG 0477 - Begegnung mit Geistern.   
Beschrijving
De vrouw die in de boerderij van Albert J. woonde, had al twee opeenvolgende avonden kettingen horen rammelen. De derde avond kwamen er twee mannen met een mestvork de wacht houden. Toen er weer een gerammel te horen was, deden de mannen snel de deur open. Er kwam een spook met grote vurige ogen naar buiten. De geest ging door de Dorpstraat en de Bekemstraat naar het Mistemke. De mannen waren zo bang dat ze het spook niet konden vangen.
Bron
W. Jackers, Leuven, 1958
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
limburgs (bilzen)
251
Moeder van de informant
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Albert J.   
Naam Locatie in Tekst
Eigenbilzen   
Plaats van Handelen
Dorpstraat (Eigenbilzen)   
Bekemstraat (Eigenbilzen)   
Mistemke (Eigenbilzen)