Hoofdtekst
S. zaliger heeft hier dikwijls verteld dat hij en nog enige mannen eens onder de Walen naar de kermis geweest waren. Toen ze naar huis kwamen was daar ene moe en die zei: 'Ik wou dat ik een paard had om op te zitten.' En een beetje verder kwam een paard af gezadeld en al en die sprong daar direct op. En dat was gelijk de wind, zo rap liep het, en hij was verschrikt en hij riep: 'Och God, och God, waar zit ik nu' en toen zag hij dat hij op een man zijn schouder zat en zijn voeten staken in zijn 'moalen'. Toen zijn kameraden hem vonden, hebben ze hem naar huis moeten dragen en drie dagen daarna was hij al dood.
Onderwerp
SINSAG 0750 - Andere Zauberei.   
Beschrijving
Strauven was samen met zijn vrienden in Wallonië naar de kermis geweest. Toen ze naar huis wandelden, was één van de vrienden zo moe dat hij uitriep: "Ik wilde dat ik een paard had om op te zitten!" Een eindje verderop stond er een gezadeld paard langs de weg. Zonder aarzelen sprong de man erop. Omdat het paard bijzonder snel liep, was de man bang en hij riep: "Och God, och God, waarop zit ik nu!" Toen zag de angstige man dat hij niet op een paard, maar op de schouders van een man zat. Toen zijn vrienden hem vonden, hebben ze hem naar huis moeten dragen. Drie dagen later was de man dood.
Bron
F. Beckers, Leuven, 1947
Commentaar
2.2 Tovenaars
zuid-limburgs
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Strauven   
Naam Locatie in Tekst
Broekom   
Plaats van Handelen
Wallonië