Hoofdtekst
Dek hab ich heure spreken euver de kooi hand. Sommige minsen woren do zo deur geploagd dat ze do nie kosten van afgeroaken zonder de hulp van de pestoor. Zo kloeg e kind 's meurgens altaid van koppain. Tenslotte vond de moeder dat het kussen vom spelden zat. Het hoelp nie van ze weg te nemen want 's anderendoags was het wier hetzelfde liedje. Tenslotte moesten ze de pestoor roepen om het kind te euverlezen.
Onderwerp
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
Een kind had de hele tijd hoofdpijn omdat het geraakt was door de kwade hand. Het kussen waar het kind op sliep, bleek vol spelden te zitten. Omdat het kind niet beter werd nadat de spelden waren weggenomen, moest men het kind door de pastoor laten overlezen.
Bron
R. Jageneau, Leuven, 1965
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (borgloon)
364
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Ulbeek