Hoofdtekst
(We informeren naar de maar als kwelgeest, maar dit motief kende niemand van de aanwezigen. Mevrouw Tortelboom kan wel vertellen over de maar als plaaggeest die iemand de weg doet verliezen. Terwijl ze dit vertelt spoort Ephrems’ dochter hem aan om mij verhalen te vertellen over heksen. Dit schreven we niet uit.)34 A”-De ene zegt de maone en de ander zegt de maore, ze zeggen nogal veel van de maore, van de maore bereden zeiden ze, maar dat waren van tien negenen gasten die een beetje gedronken ôn (hadden) en dat was daar nieverans verlicht en ze wilden al het bos naar huis of iets en ze wilden al door den (het) bos gaan, maar ze geraakten er niet meer uit.II -Voor de baan af te snijden?34 -Ja, ja. En thuns (dan) zeiden ze, als ze twee uur later naar huis kwamen, zeiden ze: “Ik was van de maone bereden.” hun baan niet meer vinden, maar het was van tien negenen dat ze dronken naar huis kwamen.(gelach, we informeren nog naar de varende vrouw, maar niemand blijkt dit motief te kennen.)33 -Vroeger, er was niets anders of een keer ieverst een schou (bang) maken hé, allemaal zo’n dingen die dat ging mee hé.I -En wat deed ge zo om schou te maken?
Onderwerp
SINSAG 0291 - Mensch von Mahr beritten   
Beschrijving
Mensen die beweerden dat ze door de maar waren bereden, waren meestal dronkaards die in een bos verdwaald waren geraakt.
Bron
C. De Winne, Leuven, 1999
Commentaar
1.5 Plaaggeesten
oost-vlaams (groot-zottegem)
34A"
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Grotenberge