Hoofdtekst
Mijn broere was ’s nachts ook ‘ne keer op de bane.En ’t komt ’n klein hondje bij hem, altijd tegen en tussen zijn benen. En zegt ie: "Hoe komt dat? ’t Is al zoverre dat het overals meeloopt, altijd voort tegen mijn benen". En als hij op ’t hof kwam, dat hondje draaide hem omme, en ’t ging voort. En hij kwam ’s nachts ziek!Ja, dat was ook iets dat niet zuuste was hé!
Onderwerp
SINSAG 0256 - Plagegeist (in Tiergestalt) erschreckt späten Wanderer (und begleitet ihn).
  
Beschrijving
Een man die 's nachts onderweg was, kwam een klein hondje tegen, dat de hele tijd tussen zijn benen door liep. Toen de man thuiskwam, draaide het hondje zich om en liep weg. Die nacht is de man ziek geworden.
Bron
F. Van Houdenhove, Leuven, 1967
Commentaar
1.5 Plaaggeesten
west-vlaams (tussen schelde en leie)
180
Broer van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Tiegem