Hoofdtekst
Vroeger zeien ze altijd "Toe Zutters". Ze zeien dat al de peirden dood lagen en dat hij dat aangedaan wierd. Z’hen naar de paters gegaan. De paters hen daar geweest en z’hen een peird begraven in ’t balegat (hofhek) mee een kruisse op. En ’t is tons weggegaan ’t kwaad.
Beschrijving
Op een boerderij waar alle dieren dood lagen, ging men te rade bij de paters. De geestelijken hebben één van de paarden begraven in het hofhek en een kruis op het graf gezet. Daarna kwam er een einde aan het kwaad.
Bron
O. Mattheeuws, Leuven, s.d.
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (grens oost- en zeeuws-vlaanderen)
225
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Eede