Hoofdtekst
Da was voor den anderen oorlog, dan lösden de mensen veul. Aan den anderen kant van 't dorp op de weg naar Wörtel zagen de mensen altijd iet. Een wit spook dwaalde daar langs de weg, zeien ze. En de mensen waren zo bang daaraf. Wij gingen dikwijls verkens afkappen in de kolonie en dan moesten wijlie op die weg zijn.Ik zei tegen onze Gust: "Blijf gij 's tien meter achter mij." Maar onze Gust en ikke, wijlie weren begot nie bang, zulle, nog veur geen heel leger spoken. En wijlie stapten maar, mer we zagen niks. Zo gaat dat; als ge bang zijt dan hemmen z'u beet.
Beschrijving
Op de weg naar Wortel zagen de mensen altijd een wit spook ronddolen. Veel mensen waren bang voor dat spook. Twee mannen die varkens waren gaan wegbrengen, wilden het spook ook wel eens zien. Ze kregen echter niets te zien omdat ze niet bang waren.
Bron
W. Luyts, Leuven, 1956
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
antwerps ('land van turnhout')
77
Vóór de oorlog (WOI of WOII?)
memoraat
Naam Locatie in Tekst
Merksplas   
Plaats van Handelen
Wortel