Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

MVAND0134_0134_33193

Een sage (mondeling), 1964

Hoofdtekst

Aan Adèle had ik ook ne keer vlees gegeên, maar dat heb ik ook mogen uitzweten: ons koeien moesten kalven en een half jaar nadien en hadden ze nog niet gekalfd! En ratten in onze stal azo groot als katten en zij en waren niet schouw (bang) zulle! Nen tijd naardien zettegen dat hem op ons jongens hé: ‘k heb er twaalve g’had en ik heb er drie in leven! Op een maand en veertien dagen had ik er drie dood! Mijn vaâr viel dan ook dood. En ik zei tegen den onderpastoor: “mijnheer den onderpaster hier is iet dat niet en deugt” en hij zond mij dan azo ne groten “Agnus Dei”, en mee dat ging dat over.

Onderwerp

SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste    SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   

Beschrijving

Een boerin had vlees gegeven aan een bepaalde vrouw. Daarna had men op de boerderij veel ongeluk. De koeien moesten kalven, maar een half jaar later was dat nog steeds niet gebeurd. In de stal zaten ratten die zo groot waren als katten. Van de twaalf kinderen die men daar had, bleven er maar drie leven. Nadat de boerin een Agnus Dei van de onderpastoor had gekregen, kwam er een einde aan het ongeluk.

Bron

M. Van Der Linden, Leuven, 1964

Commentaar

2.1 Heksen
oost-vlaams (denderstreek)
346
memoraat

Naam Locatie in Tekst

Ophasselt    Ophasselt