Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

WACHT0220_0220_3559 - Bokkerijders veranderden in bok en vlogen bij het zeggen van toverspreuk

Een sage (mondeling), 1971

Hoofdtekst

Tja, die kwamen 's nachts en ze zegden dat die veranderden in een dinge, eh en dat dat die altijd kwaad deden. Die zijn op het laatste toch ook verbrand. Die veranderden in een bok, zegden ze. En daarmee kondt ge meegaan, daar kondt ge op zitten gaan, zo heb ik gehoord, ik weet het niet. Hoe ge graag gingt: Door hagen of heggen of over hagen en heggen. Maar als ge nu zegde: 'Door hagen en heggen', dan was het overal heen door dorens en alles totdat ge op het laatste niks niet meer aanhadt.

Onderwerp

SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.    SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.   

Beschrijving

De bokkenrijders waren rovers die zichzelf in een bok konden veranderen. Wie met hen mee wilde gaan, moest de volgende toverformule uitspreken: "Over heggen en hagen". Wie zich vergiste en zei "Door heggen en hagen", kwam zwaar gewond op zijn bestemming aan. Later heeft men de bokkenrijders allemaal verbrand.

Bron

W. Achten, Leuven, 1971

Commentaar

4. Historische sagen
midden-limburgs
h
fabulaat

Naam Locatie in Tekst

Hasselt    Hasselt