MVANK0045_0045_9400 - Bokkerijders verblijven in onderaardse gangen en beslaan hun paarden averechts

De Bokkerijders da ware here die - zal ik zegge - as die zegde, gij hebt nogal "pacht", dan kwame die. Die rede gelijk as grote here mee ne zijde hoed. En die zeide "da moete gij geve of annes pakke wij da." Hie in Gestel hadde die onderaardse gange da was hun kasteel. Do hemme ze later van alles gevonne. Jo die zate meer in Limburg ma die hadde aftakkinge en die dede hie al die dorpe. Ma die ware moeilijk te achtervolge want die sloege hun paarde verkeerd en de gendarme koste die nie aanne kant kome want die ware zwaar gewapend.

SINSAG 1291 - Verkehrt beschlagene Pferde (Hufeisen verkehrt untergebunden).    SINSAG 1291 - Verkehrt beschlagene Pferde (Hufeisen verkehrt untergebunden).   

SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.    SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.   

De bokkenrijders waren rovers die rondreden met een grote zijden hoed op hun hoofd. De rovers verbleven in onderaardse gangen in Gestel. De bokkenrijders waren moeilijk te volgen omdat ze hun paarden achterstevoren besloegen.

M. Vankerkhoven, Leuven, 1964

4. Historische sagen

antwerps (grensgebied kempen-hageland)

114

fabulaat

Groot-Vorst    Groot-Vorst   

Gestel    Gestel