Hoofdtekst
De baljuw van Schiedam, samen met de procureur-generaal van het Hof, voerden onder andere de volgende beschuldigingen aan: Maritje Arents zou de kinderen van een zekere Maritje Reijne, de vrouw van Comelis Cornelisz, hebben betoverd. Ze zou met een rijstakje het water van de Schiedamse haven hebben beroerd, met als gevolg dat schipper Comelis Cornelisz., de man van de genoemde Maritje Reijne, die kort daarna met zijn schip naar zee was vertrokken, daar met zijn schip is verongelukt en gebleven.
Ook zou Maritje Arents met nog drie andere vrouwen en met hun respectievelijke vrijers, die duivels waren in mensengedaante, op het Broersveld hand in hand hebben gedanst, een geheimzinnige dans, waarbij de deelnemers elkaar en alles om zich heen konden zien, maar onzichtbaar bleven voor de gewone mens. Om dit mogelijk te maken zou Maritje Arents van de Satan bepaalde kruiden hebben ontvangen, die de kracht hadden om een mens onzichtbaar te maken.
Het Hof van Holland veroordeelde Maritje Arents van Schiedam (gezien de vriendinnen en de vrijers zou men vermoeden dat de vrouw nog jong was) tot de pijnbank. Gelukkig kon zij van dit vonnis nog in beroep komen bij de Hoge Raad, wat zij ook heeft gedaan, met als gevolg dat door dit rechtscollege hetzelfde vonnis bij vonnis van 8 juli 1593 werd vernietigd en de beklaagde werd vrijgesproken en uit haar gevangenschap werd ontslagen.
Rond 1610 moet in Schiedam het laatste heksenproces zijn gevoerd; van deze geschiedenis (of zou het dezelfde zijn als die van 1593?) vertelde niemand minder dan de bekende dichter Jacob Cats (1577-1660) in zijn ‘Twee-en-tachtigjarig Leven’: “Er ontstond om deze tijd (1610?) verschil in onze landen, of heks of tovenaar waardig zijn om te branden; En dit ging wonder ver, tot Goeree en Schiedam, En het leek dat dit gespook daar zijn woonplaats nam. Ook was er toen ter tijd een hard geding gerezen: Een vrouw van Schiedam, de pijnbank toegewezen, Beriep zich op het hof, en na een hard geding, Zo was het, dat zij de bank en alle straf ontging; En zie, nadat het hof dit vonnis had gegeven: De vrouw, die voor een tijd door iedereen werd verfoeid, Bleef stil en zonder blaam, door niemand ooit gemoeid.”
Beschrijving
Bron
Commentaar
Naam Overig in Tekst
Hemelop   
Broersveld   
Maritje Arents   
Jacob Adriaensz. Schoenmaecker   
Melchior Willemsz. Welhouck   
Edelen Hove van Holland   
Voorpoort   
Den Haag   
Maritje Reijne   
Comelis Cornelisz   
Satan   
Hoge Raad   
Jacob Cats   
Goeree   
Naam Locatie in Tekst
Schiedam