Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

INGEZONDENX20 - In Schiedam dansten de heksen op het Broersveld

Een sage (internet), vrijdag 29 januari 1937

Hoofdtekst

In Hemelop’s ‘Korte Geschiedenis van Schiedam’, pagina 37, lezen we dat daar rond het jaar 1593 verschillende vrouwen van toverij beschuldigd zijn geweest. Vermeldenswaard is het heksenproces tegen Maritje Arents, de vrouw van Jacob Adriaensz. Schoenmaecker. Na door Melchior Willemsz. Welhouck, de baljuw van Schiedam, in hechtenis te zijn genomen en voor het Schepengerecht gedaagd te zijn, werd haar zaak verwezen naar de Edelen Hove van Holland en werd zij daarvoor gevangen gezet in de Voorpoort te Den Haag.

De baljuw van Schiedam, samen met de procureur-generaal van het Hof, voerden onder andere de volgende beschuldigingen aan: Maritje Arents zou de kinderen van een zekere Maritje Reijne, de vrouw van Comelis Cornelisz, hebben betoverd. Ze zou met een rijstakje het water van de Schiedamse haven hebben beroerd, met als gevolg dat schipper Comelis Cornelisz., de man van de genoemde Maritje Reijne, die kort daarna met zijn schip naar zee was vertrokken, daar met zijn schip is verongelukt en gebleven.

Ook zou Maritje Arents met nog drie andere vrouwen en met hun respectievelijke vrijers, die duivels waren in mensengedaante, op het Broersveld hand in hand hebben gedanst, een geheimzinnige dans, waarbij de deelnemers elkaar en alles om zich heen konden zien, maar onzichtbaar bleven voor de gewone mens. Om dit mogelijk te maken zou Maritje Arents van de Satan bepaalde kruiden hebben ontvangen, die de kracht hadden om een mens onzichtbaar te maken.

Het Hof van Holland veroordeelde Maritje Arents van Schiedam (gezien de vriendinnen en de vrijers zou men vermoeden dat de vrouw nog jong was) tot de pijnbank. Gelukkig kon zij van dit vonnis nog in beroep komen bij de Hoge Raad, wat zij ook heeft gedaan, met als gevolg dat door dit rechtscollege hetzelfde vonnis bij vonnis van 8 juli 1593 werd vernietigd en de beklaagde werd vrijgesproken en uit haar gevangenschap werd ontslagen.

Rond 1610 moet in Schiedam het laatste heksenproces zijn gevoerd; van deze geschiedenis (of zou het dezelfde zijn als die van 1593?) vertelde niemand minder dan de bekende dichter Jacob Cats (1577-1660) in zijn ‘Twee-en-tachtigjarig Leven’: “Er ontstond om deze tijd (1610?) verschil in onze landen, of heks of tovenaar waardig zijn om te branden; En dit ging wonder ver, tot Goeree en Schiedam, En het leek dat dit gespook daar zijn woonplaats nam. Ook was er toen ter tijd een hard geding gerezen: Een vrouw van Schiedam, de pijnbank toegewezen, Beriep zich op het hof, en na een hard geding, Zo was het, dat zij de bank en alle straf ontging; En zie, nadat het hof dit vonnis had gegeven: De vrouw, die voor een tijd door iedereen werd verfoeid, Bleef stil en zonder blaam, door niemand ooit gemoeid.”

Beschrijving

Een vrouw wordt gevangen gezet op beschuldiging van hekserij en toverij, met hulp van de duivel. Ze wordt gemarteld maar krijgt vrijspraak in hoger beroep.

Bron

Ingezonden in de Volksverhalenbank

Commentaar

Artikel uit de Nieuwe Vlaardingsche courant van 29-01-1937 en omgezet naar modern Nederlands. https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000520017:mpeg21:a00055

Naam Overig in Tekst

Hemelop    Hemelop   

Broersveld    Broersveld   

Maritje Arents    Maritje Arents   

Jacob Adriaensz. Schoenmaecker    Jacob Adriaensz. Schoenmaecker   

Melchior Willemsz. Welhouck    Melchior Willemsz. Welhouck   

Edelen Hove van Holland    Edelen Hove van Holland   

Voorpoort    Voorpoort   

Den Haag    Den Haag   

Maritje Reijne    Maritje Reijne   

Comelis Cornelisz    Comelis Cornelisz   

Satan    Satan   

Hoge Raad    Hoge Raad   

Jacob Cats    Jacob Cats   

Goeree    Goeree   

Naam Locatie in Tekst

Schiedam    Schiedam