Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

TAMB157 - Van een Vryer die niet gheloofde dat sijn Vryster een Hoere was.

Een mop (kluchtboek), 1659

Hoofdtekst

Van een Vryer die niet gheloofde dat sijn Vryster een Hoere was.
Buyten Leyden was een seecker Ionghman die een Dochter vryde, die so reyne maget was, als een Koe die wel seven kalveren gehad hadde; By nae het jae woordt verkreghen hebbende, gaf het selve te kennen aen een van sijn speel-knechts, die doen teghen hem seyde, wat wilt ghy doen? het is een Hoere; hy wederom seyde, dat en geloove ick niet; Ick sal het doen blijcken, seyde sijn kameraet wederom, komt tavent ontrent te neghen uuren, in de buyrte, en gaet in een stoep ligghen, ick sal dan by haer komen, en met haer spreken, en mijn wille met haer doen. Hy nam dat aen, en quam op de ghestelde tijdt, als gheseyt was: Den anderen by haer komende, en haer groetende, begonnen allenskens in de praet te raken, en hy seyde, wat hoore ick, salmen u oock haest gheluck wenschen? My seyde sy? dat weet ick noch niet, hoe qualijck dat ghy dat weet: Met wie sou dat dan wesen? ghy weet [p. 145] het wel wien ick meen, en noemde haer doen de persoon; jae, seyde sy, is het versien, so kan het geschien. Hy wederom seyde, ick hoore wel het is al klaer, wel wat dunckt u nu, wy hebben voor desen wel een ganckjen ghegaen? dat wy nu noch een ganghjen gingen, nu kunnen wy geen quaedt, nu hebben wy een beschermer? En nae een langh aenhouden; resolveerden sy met malkander, om te gaen op het Kerck-hoff, onder de Boomen. Den anderen dat hoorende, liep heymelick wegh, na het Kerck-hoff toe, en klam op een Boom, om te vernemen hoe 't afloopen wilde. Eyndelick quamen dese twee Liefjes ook op't Kerk-hoff, haer legghende onder een Boom, niet denckende dat daer een in de Boom sat. Doen seyde sy, of hier nu wat af quam, en den anderen my dan niet hebben woude, wie soude het Kindt dan onderhouden? Sorght daer niet voor, dat sal de man doen die daer boven is, die sal 't wel voeden: Die in de Boom sat begon doen te spreken, en seyde, daer sou de Duyvel met speelen, dat ghy het Kindt soud maecken, en ick soud voeden.

Beschrijving

Een man wil een meisje trouwen waarvan iedereen weet dat ze met meerdere mannen heeft geslapen. Hij gelooft dat niet en wil door middel van een list bewijzen dat ze nog maagd is.

Bron

Jan Pietersz. Meerhuysen, De geest van Jan Tamboer of Uytgeleeze stoffe voor de klucht-lievende ionckheydt, Amsterdam, 1659, drie delen

Commentaar

1659

Naam Locatie in Tekst

Leiden [Leyden]    Leiden [Leyden]   

Datum Invoer

2013-03-01 14:46:22