Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

TAMB235 - Van een Boer die Alssen-wijn dronck, meenende dat het Galle was.

Een mop (kluchtboek), 1659

Hoofdtekst

Van een Boer die Alssen-wijn dronck, meenende dat het Galle was.
Een seecker Boer in Zallandt, beschuldigt zijnde aen sijn Landt-heer, dat hy hem sijn Eycken hout af hieuw, om Dijcken en Dammen daer mede te maecken, waer over de Landt-heer qualick te vreden was. Soo ghebeurde het op een tijdt dat dese voorsz Lant-heer op een morghen stondt in de Alssen-wijn was, ende den Boer die quam daer voor-by gaen, de Landt-heer hem siende, riep hem in, en seyde: Wat hoor ick van u? ghy hout my het Eycken hout af, om Dijcken en Dammen te maecken, daer doet ghy my gheen vriendtschap mede, ghy kondt immers wel week hout nemen, dat daer ghenoegh is: De Boer sulcks ontkennende, dat het noyt gheschiedt was: Dat is my lief seyde de Landt-heer, soo brengh ick u dan, eens gedroncken hebbende, langhde hy de Boer den Roemer: De Boer de Roemer in de handt krijghende, en niet wetende wat daer in was, seyde: Mijn Heer, soo ick daer schult aen hebbe, soo moet dit Galle worden dat ick in't lijf drincke: De Boer ghedroncken hebbende, en proefde dat het soo bitter [p. 232] was, meende dat het in Galle verandert was, en hy sijn schult bekennende, seyde, Och Godt wreeckt, al spreeckt hy niet.

Beschrijving

Een landheer beschuldigt een boer dat hij zijn eikebomen steelt om dammen en dijken te bouwen. De boer ontkent dit en de landheer biedt hem een glas alsemwijn aan. Dit smaakt echter zo bitter dat de boer denkt dat hij gal drinkt en God hem straft voor zijn leugen. Hij bekent schuld aan de landheer.

Bron

Jan Pietersz. Meerhuysen, De geest van Jan Tamboer of Uytgeleeze stoffe voor de klucht-lievende ionckheydt, Amsterdam, 1659, drie delen

Commentaar

1659

Naam Overig in Tekst

Salland    Salland   

God    God   

Datum Invoer

2013-03-01 14:46:22