Hoofdtekst
Apero van der Houwen soude met ... van de Moer en Joan Dragon nae Vranckrijck vertrecken. 15 à 16 vrienden, die haer tot Den Hage hadden uytgeley gedaen, wierden daer kostelijck getracteert. Men sprack om op dien selven avondt noch nae Delf te gaen. De convoyers wilden enckel mede, dat was fiat. Van der Houven laet 2 groote vlesschen van die goede wijn die sij daer droncken, vullen en soo stappen sij nae de schuytjes toe. Men at 's avonds maer een weynig, doch men soop er niet te minder, maer men dee er soo geen prompt bescheyt als in Den Hage, alsoo Delf doemaels noch geen Rijnsche wijn uytleverde. Ondertusschen werdt er gepraet van toverij. 'Jae', seyd' er een, 'dat ick wat toveren kost, ik toverde terstond 10 á 12 stoop van die Haegsche wijn.' 'Wel, meent ghij' seyde Van der Houven, 'dat ik van mijn kunsten opgesneden hebbe; ik wedde om 100 rijcxdaelders dat ik u op wat tijdt dat gij wilt van den selfden wijn sal leveren, en sooveel als het geselschap lusten sal. Het is immers nu bij 9, dc poorten zijn geslooten en in Delf is sij niet te krijgen etc.' R. 'Ghij meugt niet af, maer ghij sult se binnen 1/2 uyr hier verschaffen.' R. 'Fiat. Met als de klock van het stadhuys begint het voorspel van half 10 te beyeren, soo sal de wijn hier gebragt worden.'
(NB Dit was besteken werk). De tijt komt, de wijn oock. Daer werdt sterck op dat moment aen de deur geklopt. De meyt, opdoende, sag soo een duyvel voor sich en viel van haerselven. Daer quam een ander en dan een 3de. Niemandt dorst de wijn ontfangen. Van der Houven ging self, maer eyschte een lange raegstock, daer hem de gemaeckte duyvel de fles aenbond, maer niemandt dorst er een drop van drincken. De complices begonnen, de stoutste volgden nae, de fles raeckt uyt. R. 'Gelieft de heeren oock meer?' R. 'Jae.' R. 'Soo haest als de eerste slag van 11 op de Oude Kerck slaet, sult ghij se hebben. 't Geschiede op deselfde wijse, maer elck doe meerder courage gekregen hebbende, dronck sich sat en vol, maer evenwel soo was en bleef de weddenschap verlooren.
(NB Dit was besteken werk). De tijt komt, de wijn oock. Daer werdt sterck op dat moment aen de deur geklopt. De meyt, opdoende, sag soo een duyvel voor sich en viel van haerselven. Daer quam een ander en dan een 3de. Niemandt dorst de wijn ontfangen. Van der Houven ging self, maer eyschte een lange raegstock, daer hem de gemaeckte duyvel de fles aenbond, maer niemandt dorst er een drop van drincken. De complices begonnen, de stoutste volgden nae, de fles raeckt uyt. R. 'Gelieft de heeren oock meer?' R. 'Jae.' R. 'Soo haest als de eerste slag van 11 op de Oude Kerck slaet, sult ghij se hebben. 't Geschiede op deselfde wijse, maer elck doe meerder courage gekregen hebbende, dronck sich sat en vol, maer evenwel soo was en bleef de weddenschap verlooren.
Beschrijving
Apero van der Houven ging met twee anderen naar Frankrijk. Daarvoor gingen zij met een grote groep vrienden naar Delft. Er werd veel gedronken, en op een gegeven moment zei iemand dat hij wel wat Haagste wijn tevoorschijn kon toveren. Er werd gewed om honderd rijksdaalders, dat de wijn gebracht zal worden wanneer de klok half tien sloeg. Dit alles was afgesproken werk. De wijn kwam dus op de juiste tijd, en dit werd nog een keer herhaald. Iedereen dronk zich vol, maar Van der Houven had de weddenschap verloren.
Bron
Aernout van Overbeke, Anecdota sive historiae jocosae. Ed. R. Dekker, H. Roodenburg en H.J. van Rees. Amsterdam 1991.
Commentaar
Derde kwart zeventiende eeuw
Naam Overig in Tekst
Apero van der Houwen   
Apero van der Houven   
... van de Moer   
Joan Dragon   
Vranckrijck   
Den Hage   
Delf   
Rijnsche wijn   
Oude Kerck   
Naam Locatie in Tekst
Frankrijk   
Den Haag   
Delft   
Oude Kerk   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20