Hoofdtekst
R. 'Wat is dat voor een heer, die daer in het Voorhout gaet wandelen?' R. ''t Is den agent van Portugal, Diego Lopez de Ulloa.' R. 'Jemenij, wat is dat een oudt cadulletje en hoe verpitert siet er het ventjen uyt.' R. "t Is een man die altoos het hof gevolgt en sich veel te doen gegeven heeft. Hij is nu oudt en uytgemergelt, maer hij is een groot mignon van den koning altoos geweest, die hem oock tot ridder heeft geslaegen.' R. 'Waerom of hij dan niet in plaets van die fotsige boutintjes laerssen en spooren draegt?' R. 'Dat weet ick niet, maer ick weet dat hij van sijn jeugd een spooreloos man is geweest.'
Beschrijving
Twee mensen bespreken een oude, uitgemergelde heer. Hij bleek vroeger een groot man geweest te zijn. Iemand voeg, waarom hij dan geen laarzen en sporen droeg. Antwoord: "Dat weet ik niet, maar ik weet dat hij in zijn jeugd een 'spooreloos' [buitensporig] man is geweest."
Bron
Aernout van Overbeke, Anecdota sive historiae jocosae. Ed. R. Dekker, H. Roodenburg en H.J. van Rees. Amsterdam 1991
Commentaar
Derde kwart zeventiende eeuw
Naam Overig in Tekst
Diego Lopez de Ulloa   
Naam Locatie in Tekst
Voorhout   
Portugal   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20