Hoofdtekst
HANS ONTSNAPT DE GALG
HET schijnt, dat onze Hans Hannekemaaier niet altijd even braaf is geweest, tenminste in een zekere stad werd hij tot de galg veroordeeld.
Hans! Hans! nu zal je laatste uur slaan. 0, wat was onze Hans angstig. Hij bad den cipier, om hem vrij te laten. Zijn galgemaal, zuurkool met worst en gortemelk na, liet hij onaangetast. Nu bleek het wel erg met Hans gesteld. Men bewees hem heel wat eer, toen men hem naar de galg voerde. Twee ruiters reden voor Hans uit, en daarna kwam de trommelslager, die sloeg van:
"Rom Rom rommebom
Nu gaat Hans 't hoekje om."
Achter Hans marcheerden de soldaten. Doch hij had liever gewild, dat men hem minder eer had bewezen.Hij zag zoo groen als het gras, dat hij anders rnaaien mocht. Op de markt wachtte de rechter met een wreed gezicht. En ook de beul stond klaar. Hans beefde over al zijn leden.
"Rom - Rom rommebom
Nu gaat Hans 't hoekje om."
"Kenade", schreide Hans. Maar niemand luisterde naar hem. De beul heesch hem op.
Toen, o wonder! knapte het touw en de Hannekemaaier rolde naar beneden. Hij was vrij! ledereen keek verbluft naar hem, en de mannen en vrouwen hielden de monden van verbazing wijd open. De eenige, die niet verwonderd bleek, was Hans. Hij stond op, rèkte zich eens uit, knikte allen vriendelijk toe, baande zich een weg, en zeide:
"Koeden mieddag! Dat heb iek altaid wel kedacht, en iek was de eenigste, die niet bang is keweest."
HET schijnt, dat onze Hans Hannekemaaier niet altijd even braaf is geweest, tenminste in een zekere stad werd hij tot de galg veroordeeld.
Hans! Hans! nu zal je laatste uur slaan. 0, wat was onze Hans angstig. Hij bad den cipier, om hem vrij te laten. Zijn galgemaal, zuurkool met worst en gortemelk na, liet hij onaangetast. Nu bleek het wel erg met Hans gesteld. Men bewees hem heel wat eer, toen men hem naar de galg voerde. Twee ruiters reden voor Hans uit, en daarna kwam de trommelslager, die sloeg van:
"Rom Rom rommebom
Nu gaat Hans 't hoekje om."
Achter Hans marcheerden de soldaten. Doch hij had liever gewild, dat men hem minder eer had bewezen.Hij zag zoo groen als het gras, dat hij anders rnaaien mocht. Op de markt wachtte de rechter met een wreed gezicht. En ook de beul stond klaar. Hans beefde over al zijn leden.
"Rom - Rom rommebom
Nu gaat Hans 't hoekje om."
"Kenade", schreide Hans. Maar niemand luisterde naar hem. De beul heesch hem op.
Toen, o wonder! knapte het touw en de Hannekemaaier rolde naar beneden. Hij was vrij! ledereen keek verbluft naar hem, en de mannen en vrouwen hielden de monden van verbazing wijd open. De eenige, die niet verwonderd bleek, was Hans. Hij stond op, rèkte zich eens uit, knikte allen vriendelijk toe, baande zich een weg, en zeide:
"Koeden mieddag! Dat heb iek altaid wel kedacht, en iek was de eenigste, die niet bang is keweest."
Beschrijving
Op een zekere dag werd Hans Hannekemaaier veroordeeld tot de galg.
Hij was ontzettend bang en smeekte om genade. Toen hij opgehangen werd knapte het touw, en was hij vrij. Iedereen was verwonderd, behalve Hans. Hij zei goedendag en pretendeerde dat hij niet bang was geweest.
Hij was ontzettend bang en smeekte om genade. Toen hij opgehangen werd knapte het touw, en was hij vrij. Iedereen was verwonderd, behalve Hans. Hij zei goedendag en pretendeerde dat hij niet bang was geweest.
Bron
J. Cohen. Nederlandsche Sagen en Legenden II. Zutphen, 1919. p.389
Commentaar
1919
Naam Overig in Tekst
Hans   
Hannekemaaier   
Poep   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20