Hoofdtekst
SI TARD = SITTARD.
Keizer Karel de Groote was op de jacht geweest. Hij had een hert zoover vervolgd tot zijn jachtgenooten achterbleven en hij in het woud tusschen Aken en Roermond verdwaalde. Hij blies al op zijn horen, maar niemand, die hem antwoord gaf.
Zoo dwaalde hij rond en vond maar geen uitweg, tot hij eindelijk op een afstand een lichtje zag schemeren in de duisternis van het woud. Hij ging er heen en kwam toen aan een vervallen hut op een open plaats in het geboomte. In de hut stond een oude vrouw bij het vuur.
"Is Aken ver?" was zijn eerste vraag.
"Aken?" vroeg de vrouw verwonderd.
"Hoe laat is het dan wel?" luidde de even verbaasde wedervraag van den keizer.
"De zon is al een uur onder," antwoordde de vrouw en keek naar de lucht.
"Si tard", murmelde de keizer in zichzelf. "Zoo laat!" Hij begreep dat hij Aken niet voor den volgenden dag zou kunnen bereiken en overnachtte dus in de hut. Den volgenden dag vertrok hij, betaalde de gastvrijheid rijkelijk en beloofde nog meer te zullen doen. Hij schonk de oude vrouw spoedig een groot stuk grond, dat deze door haar bloedverwanten liet bewonen. De nederzetting breidde zich uit tot een dorp, het dorp werd een ommuurde stad, die altijd beweerde haar naam te hebben ontleend aan den uitroep van keizer Karel: ,,Si tard!", "Zoo laat!"
Keizer Karel de Groote was op de jacht geweest. Hij had een hert zoover vervolgd tot zijn jachtgenooten achterbleven en hij in het woud tusschen Aken en Roermond verdwaalde. Hij blies al op zijn horen, maar niemand, die hem antwoord gaf.
Zoo dwaalde hij rond en vond maar geen uitweg, tot hij eindelijk op een afstand een lichtje zag schemeren in de duisternis van het woud. Hij ging er heen en kwam toen aan een vervallen hut op een open plaats in het geboomte. In de hut stond een oude vrouw bij het vuur.
"Is Aken ver?" was zijn eerste vraag.
"Aken?" vroeg de vrouw verwonderd.
"Hoe laat is het dan wel?" luidde de even verbaasde wedervraag van den keizer.
"De zon is al een uur onder," antwoordde de vrouw en keek naar de lucht.
"Si tard", murmelde de keizer in zichzelf. "Zoo laat!" Hij begreep dat hij Aken niet voor den volgenden dag zou kunnen bereiken en overnachtte dus in de hut. Den volgenden dag vertrok hij, betaalde de gastvrijheid rijkelijk en beloofde nog meer te zullen doen. Hij schonk de oude vrouw spoedig een groot stuk grond, dat deze door haar bloedverwanten liet bewonen. De nederzetting breidde zich uit tot een dorp, het dorp werd een ommuurde stad, die altijd beweerde haar naam te hebben ontleend aan den uitroep van keizer Karel: ,,Si tard!", "Zoo laat!"
Onderwerp
TM 2601 - Hoe het dorp (de stad, heuvel, straat, een plek of het stuk land) aan z'n naam is gekomen   
Beschrijving
De stad Sittard dankt zijn naam aan een uitroep van Karel de Grote: 'Si tard?!' (zo laat?!).
Karel verdwaalde tijdens de jacht. Hij kwam terecht in het hutje van een oude vrouw en vroeg of hij Aken nog kon bereiken. Toen de vrouw zei dat de zon al onder was, riep de keizer 'zo laat'. Hij bleef overnachten en schonk de vrouw en haar bloedverwanten een stuk grond als dank, waar later de stad Sittard op werd gebouwd.
Karel verdwaalde tijdens de jacht. Hij kwam terecht in het hutje van een oude vrouw en vroeg of hij Aken nog kon bereiken. Toen de vrouw zei dat de zon al onder was, riep de keizer 'zo laat'. Hij bleef overnachten en schonk de vrouw en haar bloedverwanten een stuk grond als dank, waar later de stad Sittard op werd gebouwd.
Bron
Kemp, Pierre. Limburgs Sagenboek. Gebrs van Aelst. Maastricht, 1925.
Commentaar
1925
Dit verhaal is te vinden in het hoofdstuk 'Van stichtingen en oorsprongen'.
Hoe het dorp (de stad, heuvel, het stuk land) aan z'n naam is gekomen
Naam Overig in Tekst
Karel de Grote   
Naam Locatie in Tekst
Sittard   
Aken   
Roermond   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20