Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

SINBRABSAG307

Een sage (boek), 1933

Hoofdtekst

No. 307. In de bosschen "de Duiventoren", op de grens van Dongen en Oosterhout, moet eens een burcht gestaan hebben. Daar woonde een roofridder, die zijn plundertochten uitstrekte over heel Brabant. Zijn hand rustte zwaar op de kleine dorpen rondom, want hij was een van die edelen, die 't Bertram de Born nazegden:

Zie, 't is my zoet, wanneer ik dag aan dag,
Een twintig, dertig dorpers vellen mag;
Ze hong'rig dwalen zie, veld uit, veld in,
Zoo 'k lieg - beliege mij mijn hartsvriendin!

En maar al te vaak vielen kooplieden uit Vlaanderen en Holland in zijn handen. Hij sloot ze op in een onderaardschen kerker en liet ze niet dan tegen een hoogen losprijs vrij.
De kruik gaat zoolang te water tot ze breekt. Het verdroot ten laatsten den machtigen heer van Strijen, dat de ridder tot vlak voor zijn poorten stroopte.
Hij sloot een verbond met eenige andere heeren en gezamenlijk sloegen zij het beleg voor het slot, namen het in en joegen de roovers over de kling.
Door de bosschen loopen nog breede, volgroeide slooten. Dat waren eens de grachten van het roofslot. 2)

...(Toelichting in de tekst)...

Onderwerp

TM 2601 - Hoe het dorp (de stad, heuvel, straat, een plek of het stuk land) aan z'n naam is gekomen    TM 2601 - Hoe het dorp (de stad, heuvel, straat, een plek of het stuk land) aan z'n naam is gekomen   

Beschrijving

In de bossen 'De Duiventoren' tussen Dongen en Oosterhout stond vroeger de burcht van een roofridder, die heel Brabant teisterde. Een aantal lokale heren sloot uiteindelijk een verbond, nam de burcht in en joeg de ridder en zijn kornuiten over de kling. In de bossen zijn nog steeds sporen te zien van de oude roofburcht.

Bron

Noord-Brabantsch Sagenboek/ J. R. W. Sinninghe. - Zutphen: W.J. Thieme & Cie. - [1933], p. 269-270.

Commentaar

[1933]
Valt onder hoofdstuk en titel(s): IV. Historische Sagen; 3. Noord-Brabants oude gebouwen; b. Burchten en kasteelen.
Noten: 2) Volksmond.
Toelichting in de tekst: "Het kasteel, waarover de sage spreekt, stond echter niet in de bosschen, maar iets meer ten zuiden, over den harden weg van Rijen, juist daar, waar het Snelle Vaartje in de rivier de Donge schiet, op het terrein van de Verbrande Hoef, waar men nog vrij groote, uiteengescheurde baksteenklompen langs den slootkant ziet, vastgegrepen door wat knoestige oude boomstronken. Daar stond vroeger het Huis der heeren van Dongen. Willem van Duivenvoorde, heer van Strijen heeft het in 1350 verkocht aan zijn dochter Beatrix, die met Roelof van Daelhem gehuwd was. In de oorlogen is dit slot afgebrand. Later stond er een boerenwoning, waarbij een vierkante toren "de Duiventoren", een overblijfsel van het slot. De Oosterhouters, die vroeger naar de ruïne wandelden, zijn later naar de aangrenzende, meer beboschte duinstreek gegaan. Met hen is ook van lieverlee de naam Duiventoren op die streek overgebracht." 3) Van Dortmond in Taxandria, 1931, VI, 159-160.
Hoe het dorp (de stad, heuvel, het stuk land) aan z'n naam is gekomen

Naam Overig in Tekst

Duiventoren    Duiventoren   

Bertram de Born    Bertram de Born   

Willem van Duivenvoorde    Willem van Duivenvoorde   

Roelof van Daelhem    Roelof van Daelhem   

Beatrix    Beatrix   

Snelle vaartje    Snelle vaartje   

Verbrande Hoef    Verbrande Hoef   

Naam Locatie in Tekst

Dongen    Dongen   

Oosterhout    Oosterhout   

Brabant    Brabant   

Strijen    Strijen   

Vlaanderen    Vlaanderen   

Holland    Holland   

Rijen    Rijen   

Donge    Donge   

Datum Invoer

2013-03-01 14:46:20