Hoofdtekst
In een stadt, daer de gemeente heel ontrust was door een quaetspreecker die de gemeente gaende hadt gemaeckt, seyde een wijs man, dat sij alles eerst terdegen behoorden t'examineeren eer sij soo murmureerden. Desen quaetspreecker daerbij sijnde, seyde: 'Wacht u van sulcx meer te doen, want soo het volck dol wert, soo souden sij u wel de stadt uytjagen.' 'Maer soo sij wijs worden', antwoorde de wijse man, 'soo sullen se u de stadt uytjagen.'
Beschrijving
Een roddelaar zorgde voor veel onrust in een stad. Hij had er zelfs voor gezorgd dat de gemeente op het punt stond weg te gaan. Maar een wijs man zei dat ze alles eerst goed behoorden te onderzoeken voordat zij zo mopperden. De roddelaar, die hierbij zat, zei: 'Wacht u ermee dit te doen, dan zal het volk dol worden en u de stad uit jagen.' De wijze man zei hierop: 'Maar als zij verstandig worden, dan zullen ze u de stad uitjagen.'
Bron
Aernout van Overbeke, Anecdota sive historiae jocosae. Ed. R. Dekker, H. Roodenburg en H.J. van Rees. Amsterdam 1991.
Commentaar
Derde kwart zeventiende eeuw
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20