Hoofdtekst
Dit kan van geslacht op geslacht overgaan. In onze familie is dat misschien wel 200 jaar lang gebeurd. Mijn grootvader, Steven Geveling, heeft het overgegeven aan mijn vader, Willem Geveling, en die weer aan mij. Mijn vader had zes zonen en één dochter. Hij zei, dat slechts één het bespreken kon overnemen. De anderen mochten de woorden wel eens horen of zelfs weten. Maar slechts één kon de kracht tot bespreken ontvangen. Willem Geveling gaf woorden en kracht over aan mij, zijn jongste zoon. Toen dat gebeurd was, heeft hij zelf nooit meer besproken. Als er later mensen kwamen, die besproken wilden worden, verwees vader ze naar mij. Iemand, die de woorden graag wil weten, kan ze krijgen, bijvoorbeeld familie, goede bekenden mits de overgever overtuigd is, dat er niet mee gespot zal worden. De woorden mogen wel overgegeven worden, maar de kracht niet. Zou dit toch gebeuren, dan is de overgever voortaan krachteloos. Degene, aan wie het bespreken overgegeven wordt, krijgt een briefje waar de woorden op staan. Hij moet deze van buiten leren en dan verbranden om het geheim beter te kunnen bewaren, bijvoorbeeld voor mensen, die er mee zouden spotten. Het bespreken kan gebeuren bij mensen en dieren.
Bij mensen
bloedstelpen: “bloed stulpe”, bijvoorbeeld bij hevige bloeding als gevolg van ernstige verwonding enz.
pijnstillen: bijvoorbeeld bij verwonden, ontwrichten, “verstuke”, “verzwikke”, kneuzen, verbranden enz.
dauwworm: “dauwwörm”
alle soorten eczeem: “uitslag” enz.
spruw: “sprew”, uitslag in de mond.
Bij dieren
bloedstelpen: zie boven
pijnstillen: zie boven, ook bij vorm van ontwrichten voornamelijk bij paarden “over de koot”
haarworm: “hoarwörm”, ontsteking bij of tussen de hoeven bij rundvee en paarden
wind: “wiend”, “wiendpens”, trommelzucht
koliek: “keliek”
verwijdering nageboorte: “vuul”.
Gang van het bespreken
Eerst een gewoon kruis maken. Dan de geloofsbelijdenis [de rooms-katholieke twaalf artikelen] geheel bidden. Dan drie keer de ziekte noemen, bijvoorbeeld:
zenuwuitslag, zenuwuitslag, zenuwuitslag
en dan telkens met een kluitje of bolletje aarde de zieke plaats aantippen. En dan zeggen:
Van de aarde zijt gij gekomen en tot de aarde zult ge terugkeren.
Daarna bidden: een Onze Vader, een Wees gegroet en een Eer aan de Vader Dit vanaf het begin drie keer herhalen. Dan een gebed uitspreken tot de Heilige Drievuldigheid, namelijk:
Moge God onze zonden vergeven,
Door menselijke zwakheid bedreven,
En spreek ik uit naam van de Heilige Drievuldigheid,
Dat deze ziekte, wond enz. mag genezen.
Dan met ’t bolletje aarde drie kruisjes maken over het zieke lichaamsdeel - dan niet aanraken - en zeggen:
Hiermede zegen ik u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Het bolletje grond kan gewoon bijvoorbeeld uit de tuin genomen worden. Het moet ergens neergelegd worden, dat het op natuurlijke wijze kan drogen. Dus niet bij de kachel. Het kluitje aarde wordt alleen gebruikt bij soorten uitslag. Dus bijvoorbeeld niet bij bloedstelping, verstuiken enz.
Bij bloedstelping wordt verder dezelfde manier gevolgd. Er wordt geen aarde gebruikt, maar duim of hand wordt op het gewonde lichaamsdeel gehouden. En het gebed luidt:
Heden deze dag hebt ge de wond gekregen,
Pijn houd op, bloed sta stil,
Gij zult niet pruilen [dik worden] en niet zweren,
Genees in de naam des Heren.
Het kan gebeuren bij hevige bloeding, dat door de schielijke stopping, de patient het bewustzijn verliest. Hij komt dan vanzelf wel weer bij.
Bij haarworm (vee) dezelfde gang als bij uitslag van mensen, dus ook drie keer zeggen:
Haarworm, haarworm, haarworm.
Bij wind (vee) als bij bloedstelping enz., maar erbij zeggen:
Hoornvee, gij zijt met wind bevangen,
Jezus Christus heeft voor ons aan ’t kruis gehangen,
En zoals Hij dit heeft gedaan,
Zal in de naam van de Heilige Drievuldigheid deze wind vergaan.
Bij bloedstelping, pijn, ontwrichting enz. bij vee als bij de bespreking van een mens.
Bij koliek als bij wind.
Het intieme, dat iemand voelt, die bespreekt, kan niet onder woorden worden gebracht. Ge vraagt de kracht van de Heilige Drievuldigheid en die alleen kan de genezing geven. De mens kan uit zichzelf niets. Op het moment van de bespreking, moet de bespreker zelf geloven aan de mogelijkheid der genezing. Natuurlijk worden niet alle gevallen genezen Want als de bespreker alle gevallen kon beter maken, zou hij almachtig zijn. Christus heeft ook niet alle mensen, die in zijn tijd ziek waren, genezen. De bespreker moet van een goede levenswandel zijn, maar geen bijzonder vroom of heilig persoon.
Bij mensen
bloedstelpen: “bloed stulpe”, bijvoorbeeld bij hevige bloeding als gevolg van ernstige verwonding enz.
pijnstillen: bijvoorbeeld bij verwonden, ontwrichten, “verstuke”, “verzwikke”, kneuzen, verbranden enz.
dauwworm: “dauwwörm”
alle soorten eczeem: “uitslag” enz.
spruw: “sprew”, uitslag in de mond.
Bij dieren
bloedstelpen: zie boven
pijnstillen: zie boven, ook bij vorm van ontwrichten voornamelijk bij paarden “over de koot”
haarworm: “hoarwörm”, ontsteking bij of tussen de hoeven bij rundvee en paarden
wind: “wiend”, “wiendpens”, trommelzucht
koliek: “keliek”
verwijdering nageboorte: “vuul”.
Gang van het bespreken
Eerst een gewoon kruis maken. Dan de geloofsbelijdenis [de rooms-katholieke twaalf artikelen] geheel bidden. Dan drie keer de ziekte noemen, bijvoorbeeld:
zenuwuitslag, zenuwuitslag, zenuwuitslag
en dan telkens met een kluitje of bolletje aarde de zieke plaats aantippen. En dan zeggen:
Van de aarde zijt gij gekomen en tot de aarde zult ge terugkeren.
Daarna bidden: een Onze Vader, een Wees gegroet en een Eer aan de Vader Dit vanaf het begin drie keer herhalen. Dan een gebed uitspreken tot de Heilige Drievuldigheid, namelijk:
Moge God onze zonden vergeven,
Door menselijke zwakheid bedreven,
En spreek ik uit naam van de Heilige Drievuldigheid,
Dat deze ziekte, wond enz. mag genezen.
Dan met ’t bolletje aarde drie kruisjes maken over het zieke lichaamsdeel - dan niet aanraken - en zeggen:
Hiermede zegen ik u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Het bolletje grond kan gewoon bijvoorbeeld uit de tuin genomen worden. Het moet ergens neergelegd worden, dat het op natuurlijke wijze kan drogen. Dus niet bij de kachel. Het kluitje aarde wordt alleen gebruikt bij soorten uitslag. Dus bijvoorbeeld niet bij bloedstelping, verstuiken enz.
Bij bloedstelping wordt verder dezelfde manier gevolgd. Er wordt geen aarde gebruikt, maar duim of hand wordt op het gewonde lichaamsdeel gehouden. En het gebed luidt:
Heden deze dag hebt ge de wond gekregen,
Pijn houd op, bloed sta stil,
Gij zult niet pruilen [dik worden] en niet zweren,
Genees in de naam des Heren.
Het kan gebeuren bij hevige bloeding, dat door de schielijke stopping, de patient het bewustzijn verliest. Hij komt dan vanzelf wel weer bij.
Bij haarworm (vee) dezelfde gang als bij uitslag van mensen, dus ook drie keer zeggen:
Haarworm, haarworm, haarworm.
Bij wind (vee) als bij bloedstelping enz., maar erbij zeggen:
Hoornvee, gij zijt met wind bevangen,
Jezus Christus heeft voor ons aan ’t kruis gehangen,
En zoals Hij dit heeft gedaan,
Zal in de naam van de Heilige Drievuldigheid deze wind vergaan.
Bij bloedstelping, pijn, ontwrichting enz. bij vee als bij de bespreking van een mens.
Bij koliek als bij wind.
Het intieme, dat iemand voelt, die bespreekt, kan niet onder woorden worden gebracht. Ge vraagt de kracht van de Heilige Drievuldigheid en die alleen kan de genezing geven. De mens kan uit zichzelf niets. Op het moment van de bespreking, moet de bespreker zelf geloven aan de mogelijkheid der genezing. Natuurlijk worden niet alle gevallen genezen Want als de bespreker alle gevallen kon beter maken, zou hij almachtig zijn. Christus heeft ook niet alle mensen, die in zijn tijd ziek waren, genezen. De bespreker moet van een goede levenswandel zijn, maar geen bijzonder vroom of heilig persoon.
Onderwerp
TM 3102 - Belezer geneest mens of dier   
Beschrijving
De gang van zaken bij bespreken.
Bron
M.H. Dinnissen: Volksverhalen uit Gendt.Amsterdam 1993. Ed. A.J. Dekker & J.J. Schell (Nederlandse volksverhalen, deel 3)
Commentaar
Opmerking Dinnissen:
Telkens als ik bij mijn onderzoekingen even het bespreken aanraakte, kwam de naam van Stève Geveling voor den dag. Dat was, zoals reeds vermeld, de grootvader van de verteller. Deze Stève Geveling was vroeger een beroemdheid in het bespreken. Zijn zoon Willem had de kracht overgenomen, maar heeft nooit de hoogte bereikt van zijn vader. Men merkte nu en dan op, dat Jan Geveling “ok nog wel wa kos”. Hij had de macht overgekregen. Maar zijn roem was toch niet zo groot meer. Het was mij tot voor enkele weken zelfs onbekend, dat op Jan, nog wel een oud-leerling, de profetenmantel was gevallen. Natuurlijk heb ik zo gauw mogelijk contact met hem gezocht. Er volgde een prettig en open onderhoud met een aardige, verstandige kerel. Zijn mededelingen waren voor mij een grote verrassing.
Telkens als ik bij mijn onderzoekingen even het bespreken aanraakte, kwam de naam van Stève Geveling voor den dag. Dat was, zoals reeds vermeld, de grootvader van de verteller. Deze Stève Geveling was vroeger een beroemdheid in het bespreken. Zijn zoon Willem had de kracht overgenomen, maar heeft nooit de hoogte bereikt van zijn vader. Men merkte nu en dan op, dat Jan Geveling “ok nog wel wa kos”. Hij had de macht overgekregen. Maar zijn roem was toch niet zo groot meer. Het was mij tot voor enkele weken zelfs onbekend, dat op Jan, nog wel een oud-leerling, de profetenmantel was gevallen. Natuurlijk heb ik zo gauw mogelijk contact met hem gezocht. Er volgde een prettig en open onderhoud met een aardige, verstandige kerel. Zijn mededelingen waren voor mij een grote verrassing.
Naam Overig in Tekst
Steven Geveling   
Willem Geveling   
Jan Geveling   
Heilige Drievuldigheid   
God   
Vader   
Zoon   
Heilige Geest   
Jezus Christus   
Christus   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:21