Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

KOOIJMAN2532

Een sage (mondeling), van vrijdag 27 december 1963 t/m donderdag 27 december 1962

Hoofdtekst

Mijn vader, die ook visser was maakte 't mee. Mijn vader hiette Hannes. Het was in Macharen. Er komt een vrouw naar hem toe: "Hanneske, ge mot daar eens gaan vissen en dan vangt ge een grote snoek en veel vis*". M'n vader wou er eerst niet op ingaan. Maar later is hij toch gegaan. Toen ving hij een snoek van tweeëndertig pond en duizend pond witvis. Eigenlijk was het een snoek van vierendertig pond, maar hij spuwde een snoek van twee pond uit.

Beschrijving

Op een aangeraden plek ving een man een snoek van tweeëndertig pond en duizend pond witvis.

Bron

Kooijman, Henk: Volksverhalen uit het grensgebied van Zuid-Holland, Utrecht, Gelderland en Noord-Brabant. Amsterdam 1988. p. 335-336.

Commentaar

* witvis

Naam Overig in Tekst

Hannes    Hannes   

Naam Locatie in Tekst

Macharen    Macharen   

Plaats van Handelen

Macharen    Macharen