Hoofdtekst
DE SCHATBEWAKERS
Om de Zuid (Zuiderwoude) stond een boerderij waar het erg spookte. Geen mens kon het er uithouden, maar op het laatst was er toch een boer die het aandurfde, maar hij had bijzonder veel last van de spoken. Eens kwam er toevallig een oude soldaat bij hem langs om te bedelen. "Zo", zei de boer, "jong soldaat, oud bedelaar: zo'n vent moet ik juist hebben. Je moet weten dat het hier spookt. Wil je vannacht hier waken?" "Ja wel", zei de soldaat.
Toen het avond werd kreeg hij een fles wijn mee en de bijbel en daarin ging hij zitten lezen. Klokslag twaalf hoorde hij een verschrikkelijk kabaal en het duurde niet lang of er kwamen zes mannen binnen met getrokken sabel. Het waren van die hogen uit de dienst: een kolonel, een groot-majoor, een kapitein en zulk soort volk. Ze deden geen kwaad, maar ze gingen regelrecht naar de hooiberg en de soldaat stapte achter hen aan. En wat zag hij? Met hun sabels begonnen ze een gat te graven en toen het gat diep genoeg was, haalden ze er een ketel uit, vol met gouden geldstukken. Daarna begroeven ze de ketel, maakten het gat dicht en vertrokken. 's Morgens zei de soldaat niets tegen de boer, maar tegen de knecht zei hij: "Wil je me helpen? Dan krijg je ook je portie." Ze gingen naar de hooiberg, maar er was niet te zien dat daar 's nachts was gegraven. Toch begonnen zij daar te graven, lichtten de ketel en maakten het gat toe. 's Nachts waakten ze samen. Weer kwamen de zes mannen, weer gingen ze naar de hooiberg, weer groeven ze, maar toen ze niets vonden maakten ze rechtsomkeert en ze zijn nooit meer terug geweest.
"Nou", zei de boer, "as je hier wonen wilt, dan kan je geld krijgen om koeien te kopen." "Ik wil hier wel blijven", zei de soldaat, "maar geld hoef je niet te geven, want dat heb ik zat."
Om de Zuid (Zuiderwoude) stond een boerderij waar het erg spookte. Geen mens kon het er uithouden, maar op het laatst was er toch een boer die het aandurfde, maar hij had bijzonder veel last van de spoken. Eens kwam er toevallig een oude soldaat bij hem langs om te bedelen. "Zo", zei de boer, "jong soldaat, oud bedelaar: zo'n vent moet ik juist hebben. Je moet weten dat het hier spookt. Wil je vannacht hier waken?" "Ja wel", zei de soldaat.
Toen het avond werd kreeg hij een fles wijn mee en de bijbel en daarin ging hij zitten lezen. Klokslag twaalf hoorde hij een verschrikkelijk kabaal en het duurde niet lang of er kwamen zes mannen binnen met getrokken sabel. Het waren van die hogen uit de dienst: een kolonel, een groot-majoor, een kapitein en zulk soort volk. Ze deden geen kwaad, maar ze gingen regelrecht naar de hooiberg en de soldaat stapte achter hen aan. En wat zag hij? Met hun sabels begonnen ze een gat te graven en toen het gat diep genoeg was, haalden ze er een ketel uit, vol met gouden geldstukken. Daarna begroeven ze de ketel, maakten het gat dicht en vertrokken. 's Morgens zei de soldaat niets tegen de boer, maar tegen de knecht zei hij: "Wil je me helpen? Dan krijg je ook je portie." Ze gingen naar de hooiberg, maar er was niet te zien dat daar 's nachts was gegraven. Toch begonnen zij daar te graven, lichtten de ketel en maakten het gat toe. 's Nachts waakten ze samen. Weer kwamen de zes mannen, weer gingen ze naar de hooiberg, weer groeven ze, maar toen ze niets vonden maakten ze rechtsomkeert en ze zijn nooit meer terug geweest.
"Nou", zei de boer, "as je hier wonen wilt, dan kan je geld krijgen om koeien te kopen." "Ik wil hier wel blijven", zei de soldaat, "maar geld hoef je niet te geven, want dat heb ik zat."
Onderwerp
SINSAG 0401 - Der verborgene Schatz. 
SINSAG 0401 - Der verborgene Schatz. 
Beschrijving
Het spookt erg op een boerderij. De boer huurt een soldaat in om een nacht te waken. Kolkslag twaalf ziet de soldaat zes hoge militairen die uit de hooiberg een ketel vol goudstukken graven. De soldaat loopt ze achterna en graaft de volgende morgen samen met een knecht het goud op. Die avond komen de hoge militairen voor niets. Ze zijn nooit meer teruggeweest. De soldaat blijft bij de boer wonen, maar geld om koeien te kopen heeft hij niet meer nodig.
Bron
J.R.W. Sinninghe: Spokerijen in de Zaanstreek en Waterland. Zaltbommel 1975, p.38-39
Commentaar
[2 april 1903]
Der verborgene Schatz. (Wiedergänger zählt Geld; wird erlöst durch das Finden des Schatzes)
Naam Locatie in Tekst
Zuiderwoude (de Zuid)
Zuiderwoude (de Zuid)
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20