Hoofdtekst
Gerard:
Een predikant genaamd Arthur Blessit reist de wereld rond met een levensgroot houten kruis op zijn rug. Op een keer was tie, ik meen in Mexico, maar het kan ook een ander Latijns Amerikaans land zijn. Hij en zijn maat hebben hun auto langs de kant van de weg geparkeerd onder een paar bomen. Het gebeurde voordat ze gingen slapen, meen ik, maar het kan ook later zijn... enfin dat doet voor het verhaal niet ter zake. Opeend stonden daar drie bandilero's die hun wilden overvallen: - "We willen geld!" Arthur en z'n maat antwoordden: "We hebben geen geld".
- "Dan schietenwe je overhoop." Dus ze pakken Arthur en z'n maat en slepen ze mee naar de truck. - "Nu gaan we je overhoop knallen!" zeggen ze.
- "Ho! Ho!" roept Arthur, "vóórdat jullie me overhoop knallen, wil ik jullie een bijbel geven. Dan weet je in elk geval dat ik predikant ben." Dus hij rent terug naar de truck en haalt er drie bijbels uit. Hij biedt ze die aan en ineens gaan ze allemaal tegen de vlakte. Ze slaan gewoon stijl achterover. En dan gaan ze lopen.
Rachèl: lopen?
Gerard: Ja, rennen, ze gaan ervandoor. Nou en die maat van hem komt van achter die truck vandaan en zegt: "Zó, jíj kan meppen!"
En Arthur zegt: "Meppen? Ik heb helemaal niets gedaan! Ik bood ze alleen een bijbel aan."
- "Oh, maar ik hoorde duidelijk het geluid van vlees op vlees, en ik dacht: nou die Arthur is flink van zich af aan het slaan!"
"Nou, zegt Arthur, ik heb niets gedaan! Dat moeten engelen geweest zijn!"
Maar dit is géén verhaal hoor! Dit is ècht gebeurd!
En er zit nog een aanhangsel aan: Want diezelfde nacht wordt er ergens anders in Amerika een vrouw wakker en die krijgt het sterk op d'r hart om voor Arthur te gaan bidden. Dus ze maakt haar man wakker en ze zegt: "Wordt wakker! We moeten voor Arthur bidden, want hij is in gevaar!"
Nou en later hebben ze dat bekeken en toen hebben ze dat uitgerekend en toen bleek dat nèt op dat moment dat die lui wilden gaan schieten, dat die mensen toen voor 'm zijn gaan bidden.
Een predikant genaamd Arthur Blessit reist de wereld rond met een levensgroot houten kruis op zijn rug. Op een keer was tie, ik meen in Mexico, maar het kan ook een ander Latijns Amerikaans land zijn. Hij en zijn maat hebben hun auto langs de kant van de weg geparkeerd onder een paar bomen. Het gebeurde voordat ze gingen slapen, meen ik, maar het kan ook later zijn... enfin dat doet voor het verhaal niet ter zake. Opeend stonden daar drie bandilero's die hun wilden overvallen: - "We willen geld!" Arthur en z'n maat antwoordden: "We hebben geen geld".
- "Dan schietenwe je overhoop." Dus ze pakken Arthur en z'n maat en slepen ze mee naar de truck. - "Nu gaan we je overhoop knallen!" zeggen ze.
- "Ho! Ho!" roept Arthur, "vóórdat jullie me overhoop knallen, wil ik jullie een bijbel geven. Dan weet je in elk geval dat ik predikant ben." Dus hij rent terug naar de truck en haalt er drie bijbels uit. Hij biedt ze die aan en ineens gaan ze allemaal tegen de vlakte. Ze slaan gewoon stijl achterover. En dan gaan ze lopen.
Rachèl: lopen?
Gerard: Ja, rennen, ze gaan ervandoor. Nou en die maat van hem komt van achter die truck vandaan en zegt: "Zó, jíj kan meppen!"
En Arthur zegt: "Meppen? Ik heb helemaal niets gedaan! Ik bood ze alleen een bijbel aan."
- "Oh, maar ik hoorde duidelijk het geluid van vlees op vlees, en ik dacht: nou die Arthur is flink van zich af aan het slaan!"
"Nou, zegt Arthur, ik heb niets gedaan! Dat moeten engelen geweest zijn!"
Maar dit is géén verhaal hoor! Dit is ècht gebeurd!
En er zit nog een aanhangsel aan: Want diezelfde nacht wordt er ergens anders in Amerika een vrouw wakker en die krijgt het sterk op d'r hart om voor Arthur te gaan bidden. Dus ze maakt haar man wakker en ze zegt: "Wordt wakker! We moeten voor Arthur bidden, want hij is in gevaar!"
Nou en later hebben ze dat bekeken en toen hebben ze dat uitgerekend en toen bleek dat nèt op dat moment dat die lui wilden gaan schieten, dat die mensen toen voor 'm zijn gaan bidden.
Onderwerp
VDK 0770A* - De engelenwacht   
sinVDK 0770A* - Die Engelwache   
Beschrijving
Een predikant en z'n maat worden overvallen door bandieten die hen overhoop willen knallen. De predikant biedt hen bijbels aan en de bandieten gaan ervandoor. Z'n maat hoorde het geluid van slagen. Engelen hebben de predikant beschermd en de bandieten flink afgerammeld.
Bron
n.v.t.
Commentaar
1 april 1999
De Engelenwacht
Naam Overig in Tekst
Arthur Blessit   
Naam Locatie in Tekst
Mexico   
Latijns-Amerika   
Amerika   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:21