Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

TAMB194 - Van een Boer die geschoren wierd.

Een mop (kluchtboek), 1659

Hoofdtekst

Van een Boer die geschoren wierd.
Een seecker Barbier, woonende tot Enckhuisen aen de Melck marckt, ghenaemt Meester Gerrit, daer doen des tijdts een Boer voor de deure quam met melck te verkoopen, de welcke in lange Iaren niet geschooren was, en siende dat daer een Barbier woende, segghende in hem selven ick ben in langhen tijdt niet gheschooren, ick moet my nu laten scheeren, dat hy dede. Hy in het huis komende, en seide, Meester ick wilde wel eens geschooren wesen, wat sal ick gheven, maer ghy moet het [p. 184] schoon af te scheeren; De Barbier seyde een Rijcks-daleder, dat is te veel seide de Boer, men plach maer een stuyver te gheven, doch veraccordeerden voor twee blancken: Den Boer ginck sitten, den Barbier trock aen het scheeren, ende schoor den Boer heel naeckt, de oogh-hayren van sijn oogen af, ende al het hayr met een scheermes van het hooft af. De Barbiers Huysvrouwe seide, Man, ghy bederft de Man met scheeren, de Barbier seide, Vrouwe ghy verstaet het u niet, het komt dese man niet gheleghen om hem alle weecke te laten scheeren: Neen, seide de Boer, het is soo bedonghen, het moet schoon af wesen. de Boer dus gheschooren zijnde, ginck naer huys, by het huys komende, stondt de deure toe, ende hy klopte aen; De Vrouwe de deur opendoende, ende sagh dit monster aen, begon te krijten, seggende, wat voor een Monster is daer voor de deure? ende kroop schuyl: Hy riep al, Vrouwe ick bent, ick ben u Man; Sy seide, ghy lieght het, mijn Man heeft een langhe ruyghe baert, ghy bent de Duyvel, die mijn Mans spraecke heeft aenghenomen; Hy seide wederom, ick ben seecker u man, ick hebbe my in Stee laten scheeren, ende het komt my niet gheleghen, om alle weecke nae de Stadt te loopen, om my te laten scheeren, ende altijd soo veel geldt te gheven; de Meester dorste wel een Rijcks-daelder eisschen, [p. 185] maer ick hebbet voor twee blancken ghedaen ghekreghen; ick hebbe liever seide de Vrouwe, dat ghy alle maendt eens liet scheeren, ende gaeft dan een schellingh, soo souwie alle mans spot niet wesen, du gierighe rijcke Duyvel, ick wilde wel dat elck hair op dijn kop een kram-draet worde, soo houdt ghy gheen lust tot scheeren weer hebben.

Beschrijving

Een boer laat zich na jaren weer eens scheren. Hij wil het grondig gedaan hebben. De barbier scheert ook zijn hoofdhaar en zijn wenkbrauwen af. De echtgenote van de boer herkent haar man in eerste instantie niet en denkt dat het de duivel is.

Bron

Jan Pietersz. Meerhuysen, De geest van Jan Tamboer of Uytgeleeze stoffe voor de klucht-lievende ionckheydt, Amsterdam, 1659, drie delen

Commentaar

1659

Naam Overig in Tekst

Meester Gerrit    Meester Gerrit   

Naam Locatie in Tekst

Enkhuizen [Enckhuisen]    Enkhuizen [Enckhuisen]   

Datum Invoer

2013-03-01 14:46:22