Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

GROTM005

Een sage (mondeling), donderdag 23 november 2006

Leonardo_Diffusion_XL_a_realistic_color_photo_of_the_lorelei_s_0.jpg
Groningen 002.jpg

Hoofdtekst

BVB: "Boven Koblenz daar wordt die Rijn ineens een heel stuk smaller. Er liggen van die rotsen daar en werd er altijd gezegd dat dan een jonge vrouw, die zat daar dan te zingen en dan raakten die schippers, die raakten dan van streek..."
JL: "Lorelei, hè?"
BVB: "... die waren in de ban van de jonkvrouw, en die voeren dan te pletter op die rotsen."
JL: "Ja, dan keken ze naar die vrouw."
BVB: "Dat verhaal is een volksverhaal; ik denk dat iedereen dat ongeveer wel eens gehoord had. En dat was dan tussen K... nou ja, boven Koblenz... waar het nou precies was, dat weet ik niet. Ik ben voor een paar jaar terug ben ik met de boot van de Zonnebloem meegeweest. Even boven Koblenz. Daaar zijn we toen dan langs gekomen. Toen vertelde die kapitein dat dan ook weer. Daar zijn we dan langs gekomen."
JL: "Dat is de Lorelei, hè?"
BVB: "In de Lorelei daar was dat, ja."
JL: "Dat versje ken ik nog."
BVB: "De schippers werden daar dan verleid, maar ja..."
JL: "Dat versje ken ik nog in oud-Gronings."
BVB: "Zo'n versje is er ook over Stadskanaal! Dus uh..."
"Hahaha."
JL:

Ik wait nait, wat zout 't toch beduden
Da ik zo mismiederig bin;
Ain vertelsel uut aole tieden
Dat schudt mie maor nait uter zin.

't Is kold over 't daip en 't wordt duuster,
't Is alles in rust, groot en klaain;
De leuning van de badde is dudelk
In 't heldere waoter te zain.

’t Aorige schipperswichie
Van een achttien of negentien jaor,
Dat stait in heur onderliefie,
En kamde heur stroblonde haor;

Zij kamt ’t in lange strengen,
En zong zacht ain deuntje derbie,
't Was een deuntje van liefde en scheiden,
De snikke voer net heur verbie.

De snikjong achter aan ’t rouer,
Dei röpt: Goie naovendsaom,
Hai keek nait naor liene of badde,
Hai kikt maor naor ’t wichtje op de praom.

Ze zeggen: hai ’s mit zien hazens
Liek tegen de badde aangaon,
En dat hebt met dat zingen
Dat schipperswichie gedaon.

JL (tegen BVB): "En da bist du den."
BVB: "Ja."
JL: "Dat verske heb ik nog zo... Dat was op een Rijnboot bi de Lorelei, heb ik dit zo nog gezongen."

Onderwerp

SINSAG 0045 - Andere Sagen von Meerweibern    SINSAG 0045 - Andere Sagen von Meerweibern   

Beschrijving

Het verhaal van de Lorelei en een parodistisch lied in het Gronings. In het lied kijkt de jongen aan het roer zo naar een schippersdochter die in haar ondergoed zingend haar haar kamt, dat hij met zijn hoofd tegen de brug knalt.

Bron

Optekening bij verteller Jan Leugs te Ten Boer op 23 november 2006 (Bandopname archief Meertens Instituut)

Commentaar

JL: Jan Leugs. BVB: Berendine Veen-Brouwer. Het lied heeft als titel 'Knoalster Lorelei' en is gepubliceerd door Geert Teis in zijn bundel 'Mien Brödellabbe, Grönneger riemsels' (1909). Het oorspronkelijke gedicht is van Heinrich Heine, de melodie is van Friedrich Silcher. Zie onder Beeld de zingende Jan Leugs.

Naam Overig in Tekst

Gronings    Gronings   

Naam Locatie in Tekst

Koblenz    Koblenz   

Lorelei    Lorelei   

Stadskanaal    Stadskanaal   

Rijn    Rijn