Onzichtbare kabouters verrichten 's nachts arbeid, stelen niet, dragen soms rogge naar een andere eigenaar. Ze verdwijnen als hun aanvoerder is gestorven, anderen vertellen dat ze op bevel van de Paus hebben moeten vertrekken.
Er wordt verteld dat in Steensel een oud kaboutervrouwtje woonde, die 's nachts het gesponnen garen van de omwonende boerinnen haspelde. Maar zij is langen tijd geleden zomaar verdwenen.