De heer Pellicorne schoot vaak kraaien. De vleugels kon hij gebruiken als pennetjes op de klavecimbel. Zijn nicht, die dit niet wist, vroeg hem of hij de kraaien ook at. Toen hij uitlegde dat hij alleen de vleugels gebruikte, vroeg zij: "Wel, als je…
Boer Marmelink beweerde, dat er toverheksen waren, want de meid was aan het vlastrekken geweest en had alles netjes aan hoopjes gelegd. Toen was er een haas gekomen en deze had al de hoopjes door elkaar gegooid en nog wel, terwijl de meid aan 't…