Bij een dode moest worden gewaakt. De vensters dag en nacht dicht. Over de spiegels werd een laken gehangen. Wie de begrafenis bijwoonde mocht z'n schoenen niet poetsen.
De verteller woont in een huis waar vreemde dingen gebeurden vanaf het moment dat ze een dochter kreeg. Haar man krijgt allemaal vreemde ongelukken. Een vriendin vraagt op een gegeven moment wie daarvoor in het huis heeft gewoond, en de verteller…
Op markten kon men vroeger zwarte spiegels raadplegen die de toekomst voorspelden. In de spiegel kon je de beeltenis van je aanstaande vrouw zien. Bleef je ongehuwd, dan werd een doodskist in de spiegel zichtbaar.