Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

BOERDE04 - ENE BOERDE

Een mop (), 14e eeuw

Hoofdtekst

ENE BOERDE
Ic quam gegaen met liste
Daer ic mijn suete lief wiste.
Ic sprac: lief waer biste?
Wadt maecste, cacste of piste?
5 Nenic, ic sitte hier bachten een kiste
Ende rape eyeren uut enen niste;
Mijn hant hebbic beslabd met giste
Daer ic ene tonne biers omme quiste,
Si nam enen pot daer si in piste
10 Ende werp na mijn hoet, maer si miste.
Ende waest niet goede boerde, ic bidste,
Dat ic soe wel quam uten twiste?
Noch haddic lieuer dat si miste
Dan si mijn oghen wt piste.
15 Het sijn vele goeder boerden diese wiste.

Nota .xv. verse

(De Middelnederlandse boerden. Voor het eerst verzameld uitgegeven door C. Kruyskamp. 's Gravenhage 1957, p.32)

Beschrijving

De ik-persoon vertelt over een vrouw die na een ruzie een pot met urine naar hem gooit, waarna volgens de verteller, de ruzie over is.

Bron

De Middelnederlandse boerden. Ed. C. Kruyskamp. 's Gravenhage 1957, p.32

Commentaar

14e eeuw
Ondanks het opschrift is het de vraag of deze tekst een zuivere boerde (berijmde mop) is: de tekst lijkt eerder een vies rijmpje te zijn.
Zie ook: F. Lodder, `Een genre der boerden', in: Queeste 2 (1995) p. 54-71.

Datum Invoer

2013-03-01 14:46:21