Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

FBECK0053_0054_31 - Heksenmeesters doen de mensen leed aan

Een sage (mondeling), 1947

Hoofdtekst

Bij tante Mie zaliger te Overrepen, daar hekste het. De deuren gingen 's nachts open, de merries veulden en gingen kapot en de koeien lagen 's morgens overeen en ze 'verschoten'. Als ze brood wilden snijden konden ze geen mes vinden, dan staken al de messen boven de poort. De 'maagd' haar kleren waren altijd weg, ze moest eens naar Zammelen kermis en ze kon haar mutske niet vinden, en daarna vonden ze het in een bierton toen de kraan niet meer wou lopen. Toen hebben ze met de pastoor 'geklapt' want ze konden het niet meer keren maar die lachte en zei dat dat niet bestond.Toen gingen ze naar pastoorke V. en aan die legden ze alles uiteen en die gaf hun een brief en daarmee moesten ze naar de vicaris te Luik gaan. Mijn vader en tante Stin zaliger gingen en daar stond in: 'De mensen die naar u komen zeggen de zuivere waarheid en ze zijn kompassie waard' en toen schreef de vicaris een brief voor de pastoor en toen lachte hij niet meer, maar vroeg: 'Kunt ge me dienen? dan kom ik deze avond.' Toen ging hij alle plaatsen af met wijwater en hij 'overleesde' het werkvolk en Pieke begon te 'grijnen', die was het dat dat allemaal kon en de pastoor heeft het hem afgenomen.

Onderwerp

SINSAG 0750 - Andere Zauberei.    SINSAG 0750 - Andere Zauberei.   

Beschrijving

In het huis van een zekere Mie in Overrepen, spookte het. De deuren gingen 's nachts vanzelf open, de paarden stierven allemaal nadat ze een veulen ter wereld hadden gebracht, en de koeien lagen 's morgens op elkaar. Wanneer Mie brood wilde snijden, vond ze geen mes: alle messen waren op mysterieuze wijze in het hout van de poort gestoken. Op een dag wilde Mie in Zammelen naar de kermis gaan, maar ze vond haar mutsje niet. Enige tijd later werd het mutsje gevonden in een bierton. Toen Mie uiteindelijk wanhopig werd, besloot ze met de pastoor te gaan praten over deze vreemde toestanden. Omdat de pastoor haar uitlachte, ging Mie naar pastoor Vandenbosch, die haar een brief gaf voor de vicaris in Luik. Een broer en een zus van Mie gingen naar Luik met de brief, waarin stond: "De mensen die naar u toe komen, spreken de waarheid en zijn uw medeleven waard." De vicaris schreef een brief aan de pastoor uit het dorp, die de klachten van Mie opeens wel ernstig nam en aankondigde dat hij 's avonds naar het huis van Mie zou komen. De pastoor besprenkelde de hele plaats met wijwater. Voor alle zekerheid wilde hij ook de werklieden overlezen. Eén van hen, Pieke, begon daarbij te huilen, want hij was het die voor alle onheil verantwoordelijk was. Nadat de pastoor zijn krachten had afgenomen, gebeurden er geen vreemde dingen meer.

Bron

F. Beckers, Leuven, 1947

Commentaar

2.2 Tovenaars
zuid-limburgs
Heksenmeesters doen de mensen leed aan (2): variante
De informant vernam het verhaal van een tante
fabulaat
1) Mie uit het verhaal was een tante van de informant, die in 1947 reeds was overleden. Mie maakte de verhaalde gebeurtenissen zelf mee, aldus de informant. De mensen die voor Mie naar de vicaris in Luik gingen, waren de vader en tante Stin van de informant.

2) Zammmelen is een gehucht van Vliermaal.

Naam Overig in Tekst

Mie
Stin
Pieke
Vandenbosch

Naam Locatie in Tekst

Neerrepen    Neerrepen   

Plaats van Handelen

Overrepen    Overrepen   

Luik    Luik   

Vliermaal    Vliermaal   

Zammelen    Zammelen