Hoofdtekst
Beschrijving
In een huis had men ’s avonds de hele tijd over toverij zitten praten. Toen de twintigjarige dochter in een bergplaats iets ging halen om te drinken, schrok ze hevig van een kat die daar van het dak sprong. Het meisje was zo geschrokken dat ze enkele dagen later nog beefde en men de dokter moest laten komen. Het meisje heeft dertig jaar in haar bed gelegen. Ze had een zenuwziekte. Sommige mensen geloofden dat het meisje door haar eigen moeder was betoverd. Toen de moeder van het meisje was gestorven, moest het meisje haar bed verlaten en opnieuw leren lopen. Het meisje is dan hersteld en heeft nog als meid gewerkt bij de onderpastoor.
Bron
F. Vandesype, Leuven, 1977
Commentaar
2.1 Heksen
brabants (zuid-west)
9E
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Sint-Pieters-Kapelle