Hoofdtekst
’t Was hier en hofstee die nu nog bestaot, de torrelen. ‘k Hoorden dikkerst zeggen dat de kaboeters in de scheuren waoren en z’hoorden slaon met de vlegel overnachte en on ze de deuren opendoen, ze zagen niet.
Beschrijving
In de schuren van de 'torrelen' kon men 's nachts kabouters met een vlegel horen slaan. Wanneer men de deur van de schuur opendeed, was er evenwel niets te zien.
Bron
S. Van Bael - Lehouck, Leuven, 1969
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (bachten de kupe)
779
fabulaat
Naam Overig in Tekst
torrelen   
Naam Locatie in Tekst
Wulveringem